Ha, zwemles op zaterdag „Er zijn van die apekoppen on der, die nauwelijks het hoofd bo ven water weten te houden, maar die toch op het diepe af komen als een vlieg op de strooppot. Anderen moet je weer van hun angst voor het water afhelpen". De heer J. van Schijndel, voor man schilders en tweede-voor zitter van de WF-zwemvereni- ging, vertelt me op een zater dagmiddag in het Sportfondsen- bad het fijne van het geven van zwemles, waarbij hij uitdrukke lijk onderstreept: „Het gaat niet om mij, maar om de kinderen en de vereniging". Zijn woorden bereiken mij in een omlijsting van hoge kinder stemmetjes en een geplas en geplons van spetterend water klinkt als een soort toepasselijke achtergrondmuziek daar in het bad aan de BK-laan. 's Zaterdags van 12.30 uur tot 13.10 uur ontvangen de „eerste- lingetjes" hun les. Bang zijn ze alleen in het begin. Ook zijn er die totaal geen angst tonen. In ieder geval worden ze van hun watervrees afgeholpen. „We spelen „Jan Huigen in de ton", treintje of laten ze hard in het water slaan, zodat er hoge gol ven ontstaan- Dat vinden ze prachtig. De watervrees is dan snel overwonnen". Het systeem, waarin les wordt gegeven, draagt een „gestaffeld" karakter. Er worden vier fasen onderscheiden. Bij het betreden van iedere nieuwe fase krijgt het kind een lintje als beloning voor de geleverde prestatie. Op de diverse zwembroekjes en zwempakjes zitten de lintjes van verschillende kleur onder elkaar genaaid. „Het uitreiken doen we altijd een beetje officieel om wat gewicht aan de zaak te ge ven. Ze zijn dan zo trots als een pauw Hij kijkt naar het ge ploeter in het bad. „Daar in de hoek zijn Lenie Schaap en Ilse de Vries met het eerste groepje bezig. Ze laten de kinderen spelen". Een hele „tros" peuters hangt met de handen aan de muur en de rug er naar toe gekeerd. Ze trappen met de benen, dat het een lieve lust is. „De volgende periode is het le ren van het drijven en de been slag. Ze houden dan een plank je of kurken in de handen ge klemd". Je ziet er enkelen gaan. Een ste vige beenslag stuwt ze als een dolfijn door het water- Na ge duldig oefenen kan dan ook de armslag worden geleerd. In die periode wordt er ook al van de kant af gesprongen. De kinde ren krioelen als kikkers in het water. De benaming kikkerbadje krijgt hier werkelijk pas reliëf. Als de armslag er „stevig in zit", ploeteren de kinderen weldra in het diepe. Werk wordt er dan gemaakt van de rugslag en ge sprongen wordt er van de lage „wip". (Dat alles onder het wa kend oog van, op zaterdag, de heren J. van Schijndel, H. v. d. Nagel en W. v. d. Berg en de eerder genoemde dames). Hij vertelt gretig verder over dit aantrekkelijke werk, een hobby die alle begeleiders/sters met plezier uitvoeren. „Ook voor wat betreft het sprin- Peuters spartelen aan de kant - foto Jan Hersbach. 30

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Wilton Fijenoord Nieuws | 1968 | | pagina 32