-
I?
Het zou daarna slechts vijf jaar
duren voordat bouwnummer 100,
een kleine waterboot, waarvan
de naam onbekend is, werd
overgedragen.
De hieronder afgedrukte bouw-
lijst werd ingeluid met een sleep
boot voor de welbekende Jos
de Poorter, de „Anna", gevolgd
door een zusterschip „Union II"
voor de heer Visscher.
Na een aantal kleinere sleep
boten, een rijnsleepboot, de
„Hydra" voor G. v. Bremen te
Lobith.
Bouwnummer 58 was een rivier
vrachtschip, de „Hollandia" voor
de bekende reder J. H. Koninqs-
feld.
Een lange serie sleepboten met
klassieke namen als „Fiat Vo
luntas 4" en „Eben Haëzer"
werd gevolgd door een stoom-
sloep, de „Rijnhaven", bouw-
Bouwnummer 73
De sleepboot Elizabeth"
nummer 79 voor de Gemeente
Rotterdam, waarna in 1895 weer
twee riviervrachtschepen, de
„Stad Venlo" en „Sneek IV"
werden gebouwd.
Voor eigen rekening zette de
werf in 1896 de „Max" op sta-
nummer 94, de „Telegraaf III",
waarvan een foto is afgedrukt.
Behalve de gebruikelijke sleep
boten werd in 1897 nog een
stoomsloep voor het Gouverne
ment gebouwd, de „Inspecteur
Rose".
pel, een sleepboot welke tevens
voor personeelsvervoer werd ge
bruikt.
Ongeveer gelijktijdig ging de
„Telegraaf II", bouwnummer 85
voor H. Braakman te water, een
jaar later gevolgd door bouw-
Bouwnummer 94
De vrachtboot „Telegraaf III"
7