De heer Meeuwisse reikt het insigne
uit aan de heer M. van Veen
„Veel is er in de na-oorlogse
periode veranderd. Ons tarieven
stelsel maakte plaats voor een
vast loon of salaris, omdat men
er van uitging dat zonder extra
premie toch iedereen zijn plicht
zou doen. Helaas is er de laatste
jaren een tendens te bespeuren
waarbij sommigen zich aan deze
plicht menen te moeten onttrek
ken. Een teleurstellende ontwik
keling", vindt de heer Meeu
wisse, die sterk het gevoel heeft
dat men vroeger, ondanks de
sociale onzekerheden, toch ge
lukkiger was dan nu.
De heer Meeuwisse wil vandaag
echter niet in mineur zijn. „Het
is verheugend, dat ons order
boek, dat tengevolge van de
werkonderbreking in februari j.l.
was weggevallen, weer redelijk
gevuld is, al wil ik er wel op wij
zen, dat het lang geen gemak
kelijke taak was om het vertrou
wen van onze klanten weer te
rug te winnen. Hieraan wordt
wel eens al te gemakkelijk voor
bijgegaan", meent de heer
Meeuwisse.
„Gelukkig zijn er in ons bedrijf
nog mensen zoals u, jubilaris
sen, die met zoveel toewijding
uw werk hebt gedaan en een
voorbeeld bent voor de jonge
ren. Op een dag als vandaag
krijgen we de gelegenheid onze
dankbaarheid hierover tot uit
drukking te brengen en dat doen
we dan ook graag.
Ook de dames worden niet ver
geten. Hun steun achter de
schermen is voor het bedrijf van
veel waarde.
Tijdens de persoonlijke huldi
ging, die hierna volgt, lijkt het
wel of de heer Meeuwisse alle
technische kneepjes van de
diverse vakken verstaat, gezien
de vaak aanschouwelijke voor
stelling die hij hiervan geeft. Met
tal van jubilarissen ontspinnen
zich geanimeerde gesprekken
over hoe het allemaal ging. Niet
allen zijn altijd „in de metaal"
geweest; sommigen waren eerst
bakker of kapper, maar eenmaal
bij WF is men daar gebleven.
Dat de heer Altena, de jubileren
de leraar van de Bedrijfsschool,
geen baard draagt of lang haar
heeft, verbaast de heer Meeu
wisse wel een beetje. „Ik dacht
dat dit niet meer kon voor een
opvoeder van de hedendaagse
De gedecoreerden
6