4
Maar eerst vertelde hij al veel
te weten van WF vóórdat hij
in 1965 zijn ambt in Schie
dam aanvaardde. Van mijn
vriend in Groningen, Prof.
Bouwman, mocht ik het boek
lenen en lezen, dat hij over
WF schreef. Hij gaf daarin
een historisch overzicht van
dit bedrijf. Ook vertelde hij
me er veel over. Hoe bijvoor
beeld zo'n machtig bedrijf
kan groeien. In 1965 kreeg ik
het boek zelf en heb het
weer herlezen".
Overtuiging.
De burgemeester vertelde
voorts over zijn afscheid ne
men van verscheidene instel
lingen, instituten en de ge
meente. "Maar ik vind het
fijn nog eenmaal na die offi
ciële gebeurtenissen hier bij
WF te zijn en ook om te zeg
gen, waarom ik altijd zo
graag die Koninklijke Onder
scheidingen uitreik en vanuit
welke overtuiging en levens
beschouwing ik dat doe".
Hij tekende haarfijn de ach
tergronden, die daartoe leid
den, in korte bewoordingen,
maar vloeiend en duidelijk.
"Ik ben in de provincie, in
die moeilijke crisistijd opge
groeid. Die tijd heeft zich
diep in mijn ziel ingevreten.
De armoede en de mensen,
die naar werk snakten, daar
in de provincie. Zo heb ik in
mijn jeugd leren ervaren, dat
werken vreugde betekent. Ik
heb het mijne altijd gewaar
deerd. En velen met mij, juist
ook pal na de oorlog. Het
verdriet mij echter oprecht,
dat later veel medeburgers
zijn vergeten, dat arbeid be
langrijk is. Het is bepaald
geen noodzakelijk kwaad".
Schets.
In zijn schets van de huidige
situatie, tekende hij ook po
sitieve signalen, die hem be
reikten. "We zijn geloof ik
over het dieptepunt heen.
De jeugd, de goede jeugd,
begint zich positief op te stel
len. Denkt u maar aan uw
Bedrijfsschool-jeugd tijdens
de viering van het 50-jarig
bestaan. Zij begint meer
waardering voor arbeid te
krijgen".
Nog een tweede bittere er
varing uit de oorlogstijd heeft
zijn opstelling beïnvloed.
"Het gezamelijk ondergaan
van die onderdrukking, waar
door de vrijheid teloor ging
en de verdraagzaamheid
werd aangetast. Het zoeken
naar èn verdraagzaamheid
èn harmonie in het leven is
belangrijk. Ook in het werk
bij een bedrijf, waarin men
het behoud van zijn eigen
karakter kan werken in har
monie en in een sfeer van
verdraagzaamheid. Het lijkt
erop of dit steeds minder
mogelijk is. Maar er komt m.i.
toch een kentering ten goe
de".
Verstarren.
Daarmee wilde de heer Roelf-
sema persé niet zeggen een
aanhanger te zijn van alles,
dat uit het verleden stamt.
"Het ligt niet in mijn lijn alles
bij het oude te houden. Als
er niets zou veranderen, zou
het leven verstarren en ver
zanden. Er zijn zaken, die
móeten veranderen. Dat pro
beert de jeugd ook, maar zij
brengt haar ideeën vaak zo
vreemd en ruw. Maar natuur
lijk is de zorg voor de na
tuur, het milieu belangrijk. En
ook het leven in een prestige-
maatschappij is niet prettig.
De jeugd streeft ook naar so
berheid om met het uitge
spaarde geld de hele wereld
aan een goede boterham te
kunnen helpen. Het zijn her
ontdekkingen van oude waar
den".
De zin van het leven is onder
meer vrijheid, verdraagzaam
heid en harmonie.
"Ik hoop, dat de jubilarissen
deze woorden in het bedrijf
hoog zullen houden. Ik ben
vanmorgen over het bedrijf
komen wandelen en wéér
ging het in me om: WF is één
van de mooiste bedrijven in
Nederland, nee, in de wereld.
U moet dat beseffen. En., u
moet dat zo houden! Door
uw inzet en uw opvattingen".
Hierna ging hij voor de laat
ste maal over tot het uitrei
ken van de Koninklijke On
derscheidingen.
De gedecoreerden