Jubilarissen van de
maand
7
toen nog wel verschil in stand
gemaakt. Dat doen wij nu an
ders. Nu hoef ik ook maar één
toespraak te houden, toen
drie! Eén voor de uur-, één
voor de week- en één voor
de maandloners. Nu doen wij
het gezellig, gezamenlijk bij
een. De jubileumviering is
iets, dat ons allemaal aan
gaat; het hele bedrijf. Net als
de veiligheid. Die raakt ons
allemaal evenzeer".
Saamhorig
Op dat thema ging hij dieper
in, althans: op de saamhorig
heid. „U heeft in de onderne
ming altijd samengewerkt.
Daarom zijn wij blij met zo
veel jubilarissen uit diverse
groeperingen. Dat maakt ons
als bedrijf zo sterk. Niet dat
wij altijd zeggen hoe goed
wij het doen. Want dan zou
den wij in slaap vallen. En
dat zou geen goede zaak zijn.
Het bedrijf moet een dyna
mische, levende, bewegende
eenheid zijn, waar wij wer
ken en waar wij de sfeer ge
zamenlijk opbouwen. De
sfeer is de optelsom van onze
individuele uitstralingen, zo
als onze voorgangers dat de
den en zoals onze opvolgers
dat zullen doen. Daarbij moe
ten wij ons wel aanpassen
aan de omgeving: dat geldt
intern zowel als extern".
Hierna ging de heer Wilton
over tot de individuele toe
spraken.
Een projectbaas steekt in
zijn vrije tijd vaak feestrede
voeringen af. „Heb ik nu al
iets gezegd, dat u nog niet
heeft gezegd? En dan in uw
vrije tijd muziek maken bij de
Gusto Niet erg hoor, want
met één tent maak je nog
geen kermis!"
Kruiser
Een bankwerker had vroeger
veel aan de kruiser gewerkt.
„Daar hebben we heel wat in
gestopt. Voor een „zacht"
prijsje, grapte hij. „Ja, nu dan
maar een klein korvetje
Een projectbaas had nog al
wat rondgezworven. „Van het
ene naar het andere werfje.
Toen bent u bij een grote ge
bleven. Gelukkig, anders had
den wij u moeten missen".
Een medewerker van de F en
A hoorde ook hoe over hem
werd gedacht. „Belangrijk
werk. U probeert in cijfers
vast te leggen, wat wij pro
beren te doen. Niet makke
lijk!"
Een pijpfitter had zich het
vak helemaal zelfstandig
eigen gemaakt. „Voor u gaat
geen zee te hoog en is geen
pijpje te klein. Heel goed".
Waardering ook voor een
chasseur detailplanner, die al
grijzend begint te worden.
„Typisch, bij ons worden de
mensen wel grijs, nooit
blond". De bedrijfsschool was
de bakermat van een afde
lingsbaas geweest. „De
school werd toen nog „ape-
kooi" genoemd. U heeft nog
in Rotterdam op de werf ge
zeten ook. Een mooie tijd!"
Een medewerkster van de af
deling Expeditie kreeg de no
dige complimenten voor haar
inzet. „Op die afdeling ge
beurt het nooit vandaag. Het
moet allemaal gisteren
Felicitaties_ van de heren Keetbaas en Kollewijn
De heer Wilton speldt
mej. Den Braven de W.F.-broche
op
klaar". Een projectbaas hoor
de: „In de reparatie is het
van hetzelfde laken een pak.
Ook alles gisteren klaar. En
in uw vrije tijd was u scheids
rechter. Nog een kopstoot ge
had?"
Pierekoning
Een electro-monteur werd de
„pierekoning" genoemd. De
heer Wilton. „Dat geschut:
geen eenvoudig werk. Die
kanonnen staan nu op de
Tromp en De Ruyter in aan
gepaste vorm. Kun je toch
zien, dat wij goed werk heb
ben geleverd". Een project
baas kreeg te horen: „Een
heel werk, dat aansluiten.
Niet alleen als er schepen
zijn. Er zit veel meer achter".
Een collega was op dezelfde
dag bij dezelfde dienst komen
werken. „Maar u beiden gaat
niet op hetzelfde moment met
pensioen.
Dat is het verschil
„Uw werk speelt zich ook al
tijd in haast af. U bent nogal
eens bezig met dat luchtge-
reedschap", vernam een bui
tenbankwerker. „U gaat mee
doen aan de huidsecties van
de korvetten", wist de heer
Wilton van een plaatwerker.
Een schilder werd met Rem
brandt vergeleken. „U heeft
in die jaren heel wat afge
streken!"
Gevarieerd werk van een
scheepsbeschieter kwam aan
de orde. „U bewerkte salon-
nen tot vriesruimen". Een
werkvoorbereider calculatie
houtbewerking had zich he
lemaal opgewerkt. „Dat is
niet altijd even makkelijk ge
gaan".
Thuis
„U zet uw vak vaak thuis
voort. U heeft al heel wat
mooie platen gemaakt", ver
telde hij over een plaatwer
ker. „En u bent ook van de
aansluitdienst", merkte hij op.
„Er jubileren er heel wat van
die dienst vandaag. Wij zou
den nu een aardig klusje
kunnen klaren". Een afde
lingsbaas werd evenzeer ge
waardeerd. „U blijft hier lang.
't Is ook een goeie club".
En een electro-monteur
werd daarnaast geprezen. „U
zorgt ervoor, dat de boel bij
nacht en ontij draaiende
blijft, bravo!" Tegen een
bankwerker: „U werkte ook
aan het geschut. Dik in de
problemen, maar mooi werk.
Ook veel in Den Helder ge
zeten en dan het Indonesië-
project nu".
Een monteur was terug van
weggeweest. „Ja, u heeft ons
toen ingeruild voor de Mari
ne, geen slechte zaak. Maar
wij zijn blij, dat u weer bent
teruggekomen". Een bedrijfs
leider kreeg tenslotte het ver
haal te horen van de proef
vaart van de kruiser De Ruy
ter. Een komisch verhaal over
de oudste officier, de kaakjes
enzovoort. „U heeft voorts
een naam gemaakt inzake
het opstellen van uw budget
ten Maar over u kan ik
wel een dag lang blijven pra
ten", besloot de heer Wilton.