I
rnusm couj;j e;j ^smm vcs
13 APIUi» 1003 üi?J Bi0PJ3|pïö 3117 M Jgggggl 7^>J
minui vöoji öiiii öïJöinji§^ffi si 33§
JÜ 337
iMOiSyjXÜLlSm OïlTlTilAJJ lS 31 VJililEiD -
Vrouwen in het bedrijf:
een splijtzwam?
6
-ssT"
Al IA
Herinneringsplaat in de Oostkamer van de Villa te Schiedam
De Scheepsbouw is, maar
was in die tijd vooral een
mannengemeenschap bij uit
stek. Bij Wilton op Delfs-
haven of in Schiedam werk
ten geen vrouwen, alleen in
de keuken. Voor de rest was
op een werf de vrouw taboe.
Daarom was de fusie met
Fijenoord in 1929 bijzonder
ingrijpend op dit gebied.
Door de inbreng van Fijen
oord kwamen er ook dames
mee. Bijvoorbeeld voor de
magazijn- en voorraadadmi
nistratie.
Dat was me een probleem.
Er waren alleen maar toilet
ten voor mannen. In die da
gen is toen hard gewerkt om
de bestaande toiletmogelijk
heden door middel van het
opstellen van schotten enzo
voort in tweeën te splitsen.
Dat gold zelfs de ruimten,
die als garderobe dienst de
den; deze vielen eveneens in
twee delen uiteen.
Een hele consternatie
Zulke splijtzwammen toch.
werden boeren genoemd,
vandaar de boot. Zelf vonden
zij zich de betere vakman,
verheven boven de "Wilton
ner". De boerenboot ver
dween, de "zwemmertjes"
kwamen. Personenbootjes
van de firma Zwemmer, later
nog in dienst van WF.
Schiedam
De werf in Schiedam, waar
voor de grond door ver voor
uitziende blik van de familie
Wilton was aangekocht, en
die naast die van Delfshaven
bestond, zag er nog heel an
ders uit. Maar de Scheeps-
bouwloods stond er.
In de Scheepsbouwloods de
spantenvloer, die te klein
werd, waardoor men allerlei
delen van het schip ging uit
zetten op de mallenzolder.
De loods was zeer modern
voor zijn tijd. Alles werd 1 1
uitgezet, bijvoorbeeld het
langszijzaadhout, de dubbele
bodem werd er uitgeslagen.
Natuurlijk werden er de mal
len gemaakt. "Je sjouwde je
er rot met het materiaal". Het
was leuk werk: uitzetten op
nieuw hout van de verticalen
en zo, ook de zeeg en de
waterlijnen. De ontwikkeling
is verder gegaan. We hebben
er nu de 1 10 tekenkamer
voor.
Platenpark
In die tijd lag het platenpark
nog tussen de "korte" haven
en de loods in. De haven werd
pas veel later verlengd. Een
electrische brugkraan pikte
de platen uit de aanvoerende
schepen en zette deze in
rekken. Met de arm kon de
kraan, de platen in de loods
brengen. Daar waren ook
electrische kranen, heel bij
zonder. Want over de werf
reden een zestal stoomkra-
nen puffend over hun rails,
zij trokken en duwden met
veel herrie en amechtig hun
lorries. Dat was het transport.
Toen ook kwam de eerste
diesellocomotief, die het werk
sneller en beter afkon. De
"loc" met de groene kap was
van eigen makelij. Leen van
der Vaart was de eerste ma
chinist erop. Hij reed van de
"sorteertuin" naar het bouw-
dok. De materialen uit de
loods gingen naar de sorteer
tuin, voorzien van nummers.
De plek was die, waar nu de
lasloods, die thans een inte
graal bestanddeel van de
scheepsbouwloods is, staat.
De genummerde onderdelen
voor de kruiser werden bij
het bouwdok afgeleverd.
Aanbouwen
Daar vond aanbouwen plaats
d.m.v. het stellen met behulp
van bouten en moeren, waar
na het klinkwerk kon begin
nen. Daar rond die plaats
moest je wel even uitkijken
voor een bepaalde baas, die
de "minister" werd genoemd.
Het gezag stoelde voor een
deel op angst, je stond zo op
straat, liefhebbers genoeg om
je baantje over te nemen. De
bazen waren een soort god
majoor met vest en ketting
horloge op de borst, soms
kreeg het vest een suède tint
door het sop van de pruim.
Er werd veel gepruimd. Ro
ken onder het werk was er
niet bij. Dat gebeurde stie
kem op de W.C.' Een pakje
piraten kostte negen cent bij
een "bokser": een sigaren
winkel, die in een hevige slag
met de concurrentie was ge
wikkeld. Het pakje dus een
cent goedkoper. Een pakje
shag kostte 4 cent, de vloei
tjes gratis.
De saamhorigheid onder de
mensen was groot. Men haal
de bakken uit, grollen en
grappen, hielp elkaar met
sjouwen en problemen op
lossen.
Als de zon scheen trok het
schip in aanbouw zelfs krom
en dan paste die vermaledij
de pantserplaten niet. Die
waren op de millimeter nauw
keurig. Dan maar op de vol
gende ochtend wachten. Dan
was het schip afgekoeld en
lukte het beter.
De huidplaten waren van 50
mm en de op de millimeter
nauwkeurig geschaafde pant
serplaten waren van 30 mm
dik staal. In eigen bedrijf
werd er zelfs een pers voor
ontworpen en vervaardigd,
electro-hydraulisch. Dat was
heel wat. De mechanische
middelen waren nog gering.
Maar een schip kon men
bouwen, mooi strak. Het werd
buiten gebouwd, niet over
dekt: "De Ruyter", als een
liniaal zo slank en precies
Huidflenzen
Trouwens, wat denk je van
de moderne huidflensmetho-
den, uitgevonden door onze
eigen "opa" Van Dijk, de be
drijfsleider in de Scheeps
bouwloods. Men herinnert
zich ook de heer Zinkweg
nog wel, die was de bedrijfs
leider bij het bouwdok.
Over het lassen hadden we
het al. De kruiser was het