Schiedam begon
een werf te worden
10
"Schiedam" werd langzamer
hand "op poten gezet". De heer
C. H. Teschmacher - eigenaar
van een werfje in Haarlem -bleek
de grote organisator voor dit im
mense kanwei. Schiedam lag
gunstig en men ging er efficiënt
te werk.
Het grootste schip dat in de ja
ren twintig de Nieuwe Waterweg
binnenliep was de "Paris". Wil
ton won de concurrentie rondom
deze grote klus, omdat wij een
boetebeding voor niet tijdig
presteren aandurfden en Har-
land Wolff durfde "dit lefje niet
te pikken!"
Natuurlijk lukte het kanwei: een
goede reclame voor de werf.
In 1927 betekende het afbouwen
van de "Statendam", waarvan de
romp in het buitenland was ge
bouwd, een organisatorisch kar
wei van de eerste orde. Dit reu-
zenschip werd prachtig ge
bouwd door ons improvisatieta
lent en "bazeninstinct".
Als wij het jaar 1927 naderen, be
tekent dit, dat toen de eerste
gesprekken tussen de heren De
Kanter van Fijenoord en Terpstra
van Wilton plaatsvonden. Beiden
mannen met een open blik, spre
kend over een fusie in een tijd
van redelijke welvaart. Niet uit
concurrentie-overwegingen,
En natuurlijk ook machinale bewerkingen
De scheepsbouw vlotte best
maar eerder om bedrijfsecono
mische, financiële redenen. Wat
was het geval?
Motoren
Wilton begon net met het bou
wen van motoren, waarin Fije
noord geweldig veel ervaring
had.
Wilton bezat die gigantische
reparatie-ervaring, terwijl Fije
noord, geplaagd door de slechte
ligging "achter de bruggen" uit
keek naar een terrein onder
Vlaardingen om evenzeer aan re
paratie te gaan doen.
Beide bedrijven deden aan
scheepsbouw voor de koopvaar
dij en marine. De klemtonen la
gen daarin geheel verschillend.
De marine was voornamelijk in
handen van Fijenoord, dat al be
schikte over enige overkapte hel
lingen (alleen een dak, geen
wanden nog!).
Wat beide bedrijven gemeen
hadden, was een tekort aan fi
nanciële middelen om ieder voor
zich hun eigen plannen gestalte
te geven. Het waren twee elkaar
aanvullende bedrijven, die uitein
delijk in 1929 dus 50 jaar geleden
fuseerden.
Prof. Bouwman schreef in 1954
hierover: "Menige fusie is uit
nood geboren, soms ter com
pensatie van de gevolgen van
hevige concurrentie, dikwijls om
zich staande te houden in jaren
van ongunstige conjunctuur".
Hij haalt ook de USA aan, waar
fusies in die tijd soms uit macht
en overmacht schijnen te zijn ge
boren.
Dat was bij Wilton niet zo. Alles
verliep in goede harmonie. Het
enige dat men nog over de toen
malige sfeer verder kan zeggen
is, dat het Fijenoord-personeel
zich afzette tegen het improvise
ren van de Wiltonners en dat de
ze omgekeerd grapjes maakten
over die "deftige Fijenoord-lui".
Ons huidige bedrijf laat zich die