11 3 ren de brandstofkleppen van oude gerepareerde motoren te mogen afstellen en vanzelfspre kend ook de brandstofpompen. Zo'n reparatieschip wilde altijd vóór het weekend vertrekken. Dat betekende dat ik steevast op vrijdag het haasje was, ook 's avonds laat. Ik zie me nog met twee indicateurkastjes in m'n eentje die laddertjes op klauteren om aan boord te ko men. Die schepen lagen dan aan de "punt", gemeerd aan een stevige paal met zware ka bels. De achtersteven wees naar de Nieuwe Waterweg in verband met het bewegende schroefwater tijdens het proef draaien. Naar dit soort werk groei je op een Tekenkamer toe. Het is als het ware de fase tus- druk. Aanvankelijk was je wel eens bang, dat er een pijp zou doorbranden. In een ommezien zou de hete stoom je gaar ko ken als een kreeft. Maar zulke angstgevoelens gingen wel over. 't Was even wennen. Angsten had je ook wel als je voor het eerst met een pas ge bouwde duikboot ging duiken. Dat gevoel ging ook over. Ik had het allemaal niet willen missen: aardige lui aan boord enzo. Zo'n duikboot slingert wel als ik weet niet wat. Ik weet nog dat ik met de oude Pluymert bezig was diagrammen te nemen aan de motoren. Wij roken een heerlij ke geur uit de kombuis. Gebra den gehaktballen lagen te geu ren in de pan van de kok. Die zei alleen maar: "Even wachten, dan kun je er wel tien krijgen". Dat hield verband met dat slin geren. Dat veroorzaakte nogal wat zeeziekte. Wij bouwden in die dagen de onderzeeboten 19 en 20. Dat waren eigenlijk onderzeeboot-mijnenleggers. Voor de HAL stond de "Zaan dam" op stapel. Dat was een passagiers/vrachtschip. Het kreeg twee 6 cilinder dubbel- werkende MAN motoren inge bouwd. De jonge Lammers kien de een systeem uit om beide motoren gesynchroniseerd te laten lopen. Wij kregen er pa tent op. WF liep vaak voorop met zulk soort uitvindingen. Ja, bij WF waren het pikeurs op motoren-gebied? Je kunt dat wel stellen. Zelf had ik het voorrecht in mijn jonge ja- De "Caltex Amsterdam", zusterschip van de "Caltex Rotterdam" De "Tarakan" op de rivier sen je theoretische schooloplei ding en de praktijk aan boord in. Je maakte ook een hele evolutie mee: tot uiteindelijk de geheel automatische machinekamers toe. Tja, daar heb ik heel wat aan meegedokterd. Inventiviteit is er in de scheeps bouw altijd geweest? Dat is een retorische vraag. Het verder evolueren van de tech niek rust op uitvindingen en nieuwe toepassingen. Kijk bij voorbeeld eens naar het onder werp stoomtemperatuur. Hoe heter die stoom des te gunsti ger het brandstofverbruik. De bij WF gebouwde "Caltex Rotterdam" - en dat moest je niet uitvlakken - was het eerste schip ter wereld, dat voer met een stoomtemperatuur van 510° C bij een stoomdruk van 42 kilo. De flenzen stonden kersrood door de hoge tempera tuur: je kon je sigaar eraan aan steken. Natuurlijk pasten wij speciale hittebestendige mate rialen toe om dat mogelijk te maken. Je kunt je wel indenken, dat er spanning heerste, toen die temperatuur tijdens de proefvaart voor het eerst moest worden bereikt. Dat deden wij 's morgens vroeg. Ik moest 's mor gens vóór 6 uur de heer Zipp al wekken: wij samen de machine kamer in; er waren ook enkele machinisten natuurlijk. De stoomtemperatuur en het ver mogen werden langzaam tot 510° C geregeld Daarna kwam de heer Wilton kijken, want die had in de gaten gekre gen, waarmee wij bezig waren. Hij feliciteerde ons vreselijk en thousiast. Dat deed ons goed. Het gold ook onze medewer kers. Dat is altijd zo: openstaan voor je medewerkers, geen ge heimen voor hen hebben. Dat is in het belang van de zaak en dat werkt het prettigst. Een succes voor de werf, die "Caltex Rotterdam"? Dat schip had in de machineka mer een prachtig, rustig turbine- bedrijf. Wij maakten er alles voor: de ketels, de turbines en noem maar op. Alles was afstel- baar. Voor de "Statendam" de den wij hetzelfde en later bij voorbeeld ook voor de "Ave- drecht" en de "Armagnac" en vele andere schepen.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Wilton Fijenoord Nieuws | 1979 | | pagina 5