3
vormt thans een volwaardige
operationele eenheid, waartoe
de eerste aanzet al werd gege
ven op de proeftocht. Mevrouw
Scholten: U doopte indertijd
het schip en wenste het en
haar bemanning een behouden
vaart. Door uw aanwezigheid
thans geeft u blijk zich verbon
den te voelen met het wel en
wee van het schip. Het blijft
dan ook eigenlijk uw
schip
Vervolgens dankte hij de Com
mandant en de bemanning
voor de wijze, waarop dezen de
proeftocht hadden uitgevoerd
en verzocht vervolgens de
Commandant Hr. Ms. Philips
van Almonde in dienst te stel
len. De Commandant, KLTZ
C.J. van der Werf, volbracht de
ze taak volgaarne en zei zich
richtend tot Z.E. Vice-admiraal
H.L. van Beek, Commandant
Zeemacht Nederland: "Ik ben
blij, dat er zojuist weer een fon
kelnieuw schip aan uw zee
strijdkrachten is toegevoegd".
Hierna memoreerde hij hoe het
marinedetachement de afbouw
van het schip heeft kunnen
meemaken voor wat betreft de
laatste fase. "Vooral letterlijk,
want door de huisvesting op de
Snellius verkeerden wij in de
bijzondere situatie op de werf
vlak bij het nieuwe schip te wo
nen. Ook konden wij al door de
medewerking van WF twee we-
Het schip na de vlagwisseling
De kiellegger Generaal Hensen en echtgenote komen aan boord
ken voor de proeftocht op het
schip gaan wonen, waarbij ook
al enkele dagen en nachten
werd zeewacht gelopen. Daar
door konden wij al met vertrou
wen aan de proeftocht begin
nen. Tijdens de proefvaart zijn
we echt enthousiast gewor
den". Ingenomen toonde hij
zich met het feit, dat niet alleen
het schip van uitstekende kwa
liteit is, maar datzelfde geldt
evenzeer het personeel. Hij had
een goed vertrouwen in het nu
volgende opwerkprogramma
om deze twee grootheden sa
men te smelten tot een operati
oneel gereed schip.
Doopster
De Commandant sprak vervol
gens waarderend de doopster
toe om haar tenslotte uit te no
digen voor een "dag op zee".
Ook kiellegger Z.E. Generaal J.
Hensen nodigde hij op die ma
nier uit. Woorden van lof sprak
hij tot de vertegenwoordigers
van de industrie. "Wees trots
op dit geweldige werk, dat u
hebt afgeleverd: wij zijn er trots
op, dat het aan ons wordt toe
vertrouwd om er mee te varen".
In zijn toespraak richtte hij zich
vervolgens tot de bemanning,
die hij er op wees met welk een
stuk gecompliceerde techniek
men van nu af aan zou om
gaan. "Maar laten wij ons niet
vergissen, want om zeker te
zijn van dit laatste zullen wij
moeten beschikken over een
flinke dosis kennis en
ervaring". Hij wees op de in
spanningen, die de bemanning
zich in de toekomst zal moeten
getroosten en was blij, dat zo
veel familieleden bij deze over
drachtsceremonie aanwezig
waren. Na het geven van enige
instructies aan officieren en
bemanning nodigde hij alle