Defence Asia '87
Havenontvangst-installatie voor olie-houdende
vloeistoffen afkomstig van zeeschepen
pagina 4 WF-Nieuws
(VILTON-Fi.iENOO O
Al op 2 november 1973 werd in Londen
een internationaal verdrag afgesloten
(MARine POLIution) dat het lozen vanaf
zeeschepen van stoffen, welke schade
lijk zijn voor het zeemilieu, geheel
verbiedt, tenzij voldaan wordt aan
uitdrukkelijk vastgelegde regels.
Bij bedoelde stoffen moet gedacht
worden aan vuile ballast, lading
restanten, bilge-water, etc.
Door Nederland werd aan dit verdrag
uitvoering gegeven door de Wet Ver
ontreiniging Zeewater (W.V.Z.) van
1 januari 1977, later vervangen door de
Wet Voorkoming Verontreiniging door
Schepen (W.V.V.S.) van 14 december
1983.
Zoals gesteld mogen schepen dus niet
zomaar lozen op zee, hetgeen tot gevolg
heeft dat, wanneer zij een haven
aandoen voor laden, lossen, reparatie,
enz., zij nog de nodige reststoffen aan
boord kunnen hebben, welke op verant
woorde wijze verwijderd dienen te
worden, zonder het schip onnodig
oponthoud te bezorgen.
Op grond van bovengenoemde W.V.V.S.
heeft Nederland zich verplicht ervoor
zorg te dragen dat daar in wordt voor
zien door het in leven roepen van
zogenaamde Havenontvangstinstallaties
(H.O.I.) en het ligt in de lijn der ver
wachtingen dat ook W.F. zal worden
aangewezen als een H.O.I.
Niet voor het in ontvangst nemen van
ladingresten, ballast, slobs, etc. (daar
zijn andere, beter daarvoor uitgeruste
bedrijven voor beschikbaar), maar
uitsluitend om te kunnen voortzetten wat
al sinds jaar en dag routine is: het in
ontvangst nemen van kleine hoeveel
heden oliehoudende vloeistoffen en
sedimenten welke bij reparatie-
aktiviteiten vrij kunnen komen.
Tot op heden gebeurde dat met behulp
van een drietal vacuumtanks met een
inhoud van circa 3 m3 elk.
Telkens wanneer zij vol waren werd de
inhoud afgegeven aan een erkende
verwerker van dit soort afvalstoffen.
In de nabije toekomst zal dit beter
georganiseerd kunnen plaatsvinden.
Het zal velen van onze werknemers zijn
opgevallen dat op plaats 34 (bij de deur
van dok 7), een betonnen vloer is
gemaakt, waarin een drietal tanks is
geplaatst.
Na voorgaande inleiding zal het duidelijk
zijn waarvoor deze bestemd zijn:
Het bewaren van bij reparatiewerkzaam
heden vrijgekomen kleine hoeveelheden
oliehoudende vloeistoffen, met de
bedoeling deze later weer af te geven
aan een door de wetgever erkende
verwerker.
In deze tanks kan in totaal circa 50 m3
olie-water mengsel tijdelijk worden
opgeslagen.
Tevens is op deze lokatie een ruimte
gereserveerd voor de opslag van vaten
met sedimenten, welke ook bij reiniging
van reparatieschepen vrij kunnen
komen, alsmede voor het 'parkeren' van
de 3 m3 vacuumtanks.
De betonnen vloer is zodanig gemaakt
dat, bij eventuele tankbreuk, de gehele
inhoud van tenminste 1 tank in deze
vloer kan worden opgevangen.
Bovendien is achter deze vloer voorzien
in een olie/water-zuiveringsinstallatie,
zodat eventuele lekverliezen en/of
verontreinigd hemelwater eerst van de
aanwezige olie wordt ontdaan, alvorens
dit wordt geloosd in de haven.
Op deze wijze wordt voorkoming van
bodem- en/of waterverontreiniging
gewaarborgd en maakt W.F. de slogan
waar die op één van onze opstap-
wagens te lezen is:
Een schoon milieu
Een zaak voor ons allen.
H. de Puy
Tijdens de grote tentoonstelling 'Defence
Asia '87', die in maart jl. werd gehouden
in Bangkok, werd de Wilton-Fijenoord-
stand bezocht door de Minister van
Defensie van Thailand (midden). Links
op deze foto onze man in het Verre
Oosten, de commandeur K.M. (b.d.) W.
Gonggrijp van de afd. Marketing Nieuw
bouw. Rechts van de minister, de voor
zitter van de Netherlands Naval
Industries Group.
