m.s. 'Badak'
m.s. 'Princesse Marie Christine
WF-Nieuws
pagina 7
Veel werk werd verricht aan boord van
bovengenoemd schip, een OBO van
76.324 dwt., in opdracht van de in
New York gevestigde eigenaar Ultramar.
Enige tijd terug werd voor dezelfde
opdrachtgever m.s. 'Nilam' gedokt.
Alle afdelingen kwamen ruimschoots
aan hun trekken. De coördinatie van
zoveel werkzaamheden vraagt ook veel
aandacht van het toezichthoudend
personeel en vooral van de project
leider.
Op bijgaande foto is m.s. 'Badak' weer
glanzend in dok acht te bewonderen.
'Een tussendoortje'
Vrijdagmiddag 17 mei werd de werf door
de Belgische rederij RMT benaderd met
de vraag of wij een droogdok beschik
baar hadden om een nooddokking voor
een kanaal-ferry-boot uit te voeren.
Het schip was lek en ongeveer drie
honderd a vierhonderd liter water liep
per minuut naar binnen, hetgeen geen
problemen gaf voor de veiligheid van het
schip.
Zaterdagochtend om acht uur werd het
schip ingedokt in dok vier, waarna een
gaatje ter grootte van een 'postzegel'
werd gevonden.
Besloten werd om een 'inzetplaatje' te
monteren van ongeveer vierhonderd bij
vierhonderd millimeter. Hiermee werd
direct begonnen en werfpersoneel werd
bereid gevonden om dit werk 's avonds
klaar te maken, zodat het schip
zondagmorgen weer uitgedokt kon
worden.
De zeer korte dokperiode zorgde voor
enige onrust bij de rederij. Men had
namelijk op een dokperiode van enkele
dagen gerekend en de bemanning was
dus naar huis gestuurd.
Na wat paniekerig heen en weer bellen
is het toch gelukt om zondagochtend om
elf uur een bemanning te hebben die
met de bak en kraan op het reeds
drijvende schip gezet kon worden.
Het schip kon om half twaalf weer van
onze werf vertrekken om de normale
dienst, Zeebrugge-Dover, weer in te
nemen.
W. A. Beukman
