TO 23" 22 at een eenvoudige titel! Wie weet niet in deze tijd van mechanisatie, wat een motor is. Iedereen heeft toch wel eens van een benzine- of oliemotor en een electromotor gehoord en niet té vergeten de windmotor, die ons in de oorlogsjaren zoveel nut bewezen heeft voor onze verlichting op lange winteravonden. Wil men echter een goede definitie van een motor geven, dan is dit nog niet zo eenvoudig. Alle werktuigen, die men met de naam motoren aan duidt, geven een bepaald arbeidsvermogen, d.w.z. zij kunnen arbeid verrichten. Er zijn verschillende soorten arbeidsvermogen, doch wanneer we over een motor spreken, is het een ieder duidelijk, dat we hier te doen hebben met een mechanisch arbeidsvermogen en niet met het arbeidsvermogen van mens of dier. Zo zouden we een stoommachine ook een motor kunnen noe men, doch het woord stoommachine heeft zo'n algemene ingang gevonden, dat we daaraan niets veranderen willen. Hoewel er dus een groot aantal machines zijn, die we met de naam motoren kunnen aanduiden, zoals windmotoren, hete luchtmotoren, electro- motoren, benzine- en oliemotoren, willen we ons in dit artikel uitsluitend beperken tot de bespre king van de oliemotoren of ook wel verbrandings motoren genaamd. In het algemeen kan gezegd worden, dat het arbeidsvermogen in een motor ont wikkeld wordt, doordat een gasmengsel in een ge sloten ruimte tot verbranding wordt gebracht. Wordt nu één van de wanden van de gesloten ruimte beweegbaar uitgevoerd, dan zal tengevolge van de drukvergroting bij de verbranding van het gasmengsel deze beweegbare wand verplaatst worden. Indien we het nu zo kunnen inrichten dat een dergelijke verplaatsing zich periodiek herhaalt en we die beweging van de wand kunnen benutten, dan hebben we daarmee een apparaat geconstru eerd, dat arbeid kan ontwikkelen, dus arbeidsver mogen heeft. Reeds in 1680 ontwierp de Nederlandse geleerde Huygens een werktuig dat door middel van in een cilinder tot ontploffing gebracht buskruit, moest MOTOREN draaien, maar doordat het zoo moeilijk was om steeds weer nieuw buskruit in de cilinder te bren gen teneinde de machine blijvend te laten draaien, werd dit geen succes. In het laatst van de 18e en het begin van de 19e eeuw is het vraagstuk van de motor voor ver scheidene constructeurs het onderwerp van proef nemingen geweest, doch pas in 1860 slaagde de Fransman Lenoir erin een enigszins bruikbare motor te ontwerpen. Terzelfder tijd ontwikkelde de ingenieur Beau de Rochas een motor, die door Otto in practische uitvoering werd gebracht. De brandstof voor deze voorloopers van onze tegenwoordige dieselmo toren was lichtgas, en met deze motoren bracht men het zo veel verder, dat in 1878 op de Wereldtentoonstelling te Parijs de eerste Otto viertact motor te zien was. I UcAf in/aat In de laatste jaren van de 19e eeuw ging de ont wikkeling van de motoren met sprongen vooruit; de vloeibare brandstof deed z'n intrede en in 1893 bracht Rudolf Diesel de grote omwenteling op het gebied van de verbrandingsmotoren. Diesel maakte namelijk gebruik van het feit, dat de zich in de verbrandingsruimte bevindende lucht tengevolge van de samendrukking zodanig in temperatuur stijgt, dat de vloeibare brandstof, onder druk in gespoten, door de hoge temperatuur tot zelfont branding komt, waardoor de ingewikkelde en kwetsbare ontstekingsapparatuur kon vervallen. In de jaren 18931897 werd bij de Machine- fabrik Augsburg-Nürnberg A.G. M.A.N. de eerste Dieselmotor gebouwd, waaruit na talrijke ver beteringen en kostbare beproevingen in 1897 de eerste bruikbare motor met een vermogen van 20 PK ontstond. verbrane/my en ex/oansie et ui/aot ver bra n a/tny s <jatte>

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Zeskant | 1947 | | pagina 6