■■■■'-
EEN DEEL VAN GUSTO'S
GESCHIEDENIS IN 1947
87
FIRMA
NIEUWS
Nu 1947 zijn geschiedenis bijna geschreven heeft
en dit blad het laatste Zeskant is, dat U dit jaar
ontvangen zult, is er voldoende reden achter ons
te zien naar hetgeen dit jaar werd vervaardigd.
Allereerst dan enkele data van diverse bouw-
nummers, vervaardigd op de werven te Schiedam
en Slikkerveer.
Bouw No. 865, de motorkustvaarder
„C o o 1 h a v e n" voor rekening van de N.V. Gebr.
van Uden Scheepvaart en Agenturen Mij.
De „Coolhaven" werd op 3 Juni 1947 te water
gelaten, terwijl de motor reeds geplaatst was.
Op 9 Juni 1947 vond de proefvaart plaats en ver
trok dit schip tevens naar haar bestemming.
Bouw No. 866, het zusterschip van de „Cool
haven", de „K oningshaven" werd eerder af
gebouwd. De proefvaart van dit schip vond plaats
op 23 Januari 1947, terwijl het op 25 Januari
1947 naar zee vertrok.
Van de hopperzuiger Co 32 bestemd voor
Argentinië werd op 7 Juli 1947 de kiel gelegd.
Hoewel de materiaalvoorziening daarvan uiterst
moeilijk is, mogen wij over de voortgang van de
bouw tevreden zijn.
De baggermolen Newport, in 1907 door
ons gebouwd, vertrok op 4 Maart 1947 naar In-
die na een grondige restauratie.
Hoewel over de tinmolens reeds enkele malen
geschreven is, halen wij, door enkele data te noe
men, deze belangrijke objecten weer even voor
de geest.
Tinmolen I „M enoem-
b i n g" vertrok op 3 Maart
1947, gesleept door de
„Thames", naar Banka,
waar zij op 11 Juni 1947
arriveerde. Gedurende deze
reis, vóór zij Gibraltar pas
seerde, heeft ze zeer veel
storm, die zelfs enkele ma
len een orkaankracht had,
moeten doorstaan. Deson
danks getuigden de runners,
dat de molen zo veilig als
een drijvend eiland in zee
V
T i n m o 1 e n II „S i n g k e p" werd op 17 April
1947 in Slikkerveer te water gelaten en direct
daarop voor de verdere afbouw naar Schiedam
gesleept. Op 11 Juni 1947 werd de zeeftrommel
en op 12 Juni de emmerladder geplaatst. Op 15
Augustus 1947 werd door de Tyne de Singkep
naar Dabo op het eiland Singkep gesleept, waar
deze molen na een voorspoedige reis op 18 Oc
tober arriveerde.
Gelijk met het vertrek van de Singkep aanvaard
de ook de linmolen „Mendanau", die bij ons ge
meerd lag en door J. K. Smit gebouwd was,
haar reis naar de tropen.
T i n m o 1 e n III „M ara s", die op 31 Mei 1947
te water was gelaten, werd op 11 Juni Van haar
emmerladder voorzien, terwijl op 1 Juli haar zeef
trommel werd geplaatst. Als laatste van de drie
door ons in 1947 voltooide tinbaggermolens ving
zij op 18 Augustus de reis naar haar arbeidsveld
aan, gesleept door de „Zwarte Zee". Zij arriveer
de op 27 October te Muntok op het eiland Ban
ka, eveneens na een prachtige reis.
De Koningshaven