Qntspanning
Ontwikkeling
MASSA SCHAAKKAMP
VECO-GUSTO 221/2-131/2
5
tegenstelling wordt verklaard, doordat slechts 37% van
de arbeiders, die in tarief werkten, de tarieven goed
gesteld vonden; 18% maar matig en 45% slecht. Niet
minder dan 76% van de arbeiders was overtuigd, dat
bij hoge oververdiensten de tarieven werden verlaagd.
Uit deze cijfers blijkt dus, dat men een beloning naar
prestatie wel rechtvaardig vindt, maar dat men geen ver
trouwen heeft in de „duimsok", waarmee men de presta
ties meet. En dit vertrouwen is noodzakelijk voor een
goed tarief systeem. Om dit vertrouwen zowel van direc
tie als van de arbeiders te winnen, moet het tarief „recht
vaardig" zijn. D.w.z. het tarief moet van te voren nauw
keurig worden opgesteld, zodat de gemiddelde arbeider,
die normaal werkt, rekening houdende met alle omstan
digheden, er aan kan verdienen. En hiermee hebben wij
alle eisen genoemd, waaraan een „goed" tarief moet
voldoen.
T arie] systemen
Nu zijn er in de loop der jaren vele tariefsystemen ont
staan, of liever gezegd, door de jarenlange ervaring is
het tariefsysteem stap voor stap ontwikkeld. En omdat
niet alle bedrijven deze ontwikkeling hebben meege
maakt, maar op verschillende trappen van ontwikkeling
zijn blijven staan, lijkt het alsof er verschillende tarief
systemen zijn.
Men is begonnen met schatten, maar hiervoor is men
aangewezen op prima vakmensen en die kan men in de
werkplaats helaas zo moeilijk missen. Bovendien zal zelfs
de beste tariefmaker wel eens verkeerd schatten. Dat
ligt dan niet aan de tariefmaker, maar aan het systeem.
Schatten is namelijk wel een snelle, maar ook een on
nauwkeurige manier om tarieven te bepalen. Snelheid
en nauwkeurigheid gaan nu eenmaal zo moeilijk samen.
Door deze onnauwkeurigheden in het tarief ontstonden
„goede" en „slechte" tarieven met alle narigheden, die
hieraan verbonden zijn. De meningen stonden soms
scherp tegenover elkaar; de arbeider die het tarief te
laag vond en de tariefmaker die bij zijn stuk bleef. Wie
moet nu beslissen, wat het goede tarief is?
Gelukkig hebben technici een nuchtere kijk en zijn zij
gewend te meten wanneer zij twijfelen. Wanneer men
het dus niet eens werd over de tijd, ging men deze
„meten". En zoals men een lengtemaat meet met een
duimstok, een temperatuur met een thermometer, zo
meet men een tijd met een klok. Zo fs de stopwatch in
de werkplaats gekomen. Een groot succes is dat in het
begin niet geweest, want ont de tijd te meten heeft men
niet alleen een klok nodig, maar men moet ook kunnen
meten en dat moet eerst nog geleerd worden. Maar daar
over een volgende keer.
Hoe ik mijn vrije tijd besteed als modelmaker
in opleiding en als gevorderde
Thuis zit je zo wel wat over je werk na te denken, hoe
moet ik dit, hoe moet ik dat maken, hoe moet ik mij zo
iets voorstellen, wat betekent die lijn, begrijp ik die
doorsnede wel goed, hoe is het model als het klaar is.
Het modelvak schijnt door velen niet gekend en veel
miskend te worden, omdat het niet of weinig begrepen
wordt. Is er één vak zoveel omvattend als wel dit?
Men ontvangt een tekening (geen voorbeeld) en moet
maken wat getekend is. Waarmee moet al niet rekening
gehouden worden: met de ijzerkrimp, met de vraag hoe
het gevormd kan worden, wat moet boven gegoten wor
den om het aan de eisen te laten voldoen, kan de vor
mer het uit de grond halen, als het gevormd is; hoe zal
ik het zelf het gemakkelijkst maken, geheel massief of,
om hout te sparen, open, hoeveel kernbakken of een
trekker, enz.
Nu is het ten eerste nodig, je een voorstelling te maken,
hoe het model is, als het klaar is. Hebben wij dat in ons
hoofd, dan zal je dat gemakkelijk zijn bij het opmaken.
Hoe weinig zijn er, die dit vak op de juiste wijze weten
te waarderen; zelfs lui, die er mee te maken hebben,
voelen dat soms niet helemaal aan; maar hoe zou een
machinefabriek moeten werken zonder modelmakers. De
modellen zouden vergeleken kunnen worden met de fun
dering van een huis; zo min een huis gebouwd kan wor
den zonder fundering, zomin kan een machine gebouwd
worden zonder modellen.
En nu zullen er velen zijn, zeker de jongeren, die zeg
gen, zal ik mijn vrije tijd besteden om daar over te pie
keren. Ja, wil een goede raad, uit ervaring gesproken,
hier dan aannemen. U zult er later zeker gemak van
hebben.
G. Sterrenburg, modelmaker J. K.
Op Zaterdag de dertiende December,
't was 's middags om één uur,
daar ging de Gusto-schaakploeg henen,
een ieder was vol hoop en vuur
om schaakclub „Veco" te bewijzen,
gelijk de eerste keer alhier,
dat Gusto's schaakclub hen wel lustte,
al was 't met twee-en-dertigvier.
Maar lieve mens, wat viel dat tegen,
de Amsterdamse leeuw stond pal.
Het was al spoedig vier, vijf, zelfs zes-één,
maar niet voor ons, dat werd wat mal.
En Gusto zwoegde dapper verder,
maar 't ging niet als de eerste keer.
De zege was dit keer voor Veco,
en wij, wij keerden prijsloos weer.
Maar ondanks deze sombere klanken hebben we met
elkaar een prettige middag gehad. De organisatie van dit
schaakfestijn was schitterend in orde. De Directie van
Verschure Co. gaf van zijn belangstelling blijk door
de aanwezigheid van de Heer Verschure.
Wij danken langs deze weg onze Directie, die het moge
lijk heeft gemaakt, dat wij met zo'n grote ploeg aan de
uitnodiging van schaakclub „Veco" gevolg hebben kun-
nen geven. C. G. N.
LAND