TURKIJE
I. K.CJ
holland;
gehecht zijn zullen ze verwijderd worden. Dit verwijderen
nu vraagt bij fig. 1 branden of hakken, terwijl de be
vestiging van fig. 2 kan worden verbroken door met een
wringijzer het hoekstaal over de las heen te draaien.
Dit laatste is nog veel belangrijker dan de tijd voor het
aanbrengen.
De lasser die de verbinding van fig. 1 heeft gemaakt
zal ongetwijfeld goede bedoelingen hebben gehad, en
naar zijn beste weten een sterke verbinding hebben wil
len leggen. Uit een oogpunt van productie echter heeft
hij fout gehandeld omdat de lasser zelf iets meer tijd
heeft besteed dan de sterkte verlangt, en het verwijderen
later veel meer arbeidstijd kost.
We kunnen nu vragen is de methode van fig. 2 dan de
juiste? Laten we dit eens vergelijken met fig. 3.
Fig. 3
Hier zijn'op de beide delen plaatjes van een speciale
vorm gelast met een enkele hoeklasje aan het verste eind.
Tussen de gaten is een spanschroef aangebracht. Let wel:
dit is een spanschroef met haken, niet met oog of gaf
fel. Vergelijken we nu fig. 2 met fig. 3 dan is bij fig. 3
de laslengte en dus ook de lastijd ong. de helft, en het
verwijderen kan hier veel eenvoudiger geschieden met
hamer of wringijzer. Nu bestaat er echter ook een ver
schil tussen het aanhalen van een moer en het spannen
van een spanschroef. In vele gevallen moet de moerbout
worden aangehaald (en tegengehouden) met twee sleu
tels, terwijl het spanslot wordt aangehaald door met de
achterkant van de sleutel het buisstuk te verdraaien. Ge
woonlijk is daardoor het spanslot te verkiezen boven de
boutconstructie. Een ander voordeel van fig. 3 is dat
daarin minder vering zit, en zodoende eerder resultaat
wordt bereikt bij aandraaien. Het is natuurlijk nood
zakelijk, dat de geschikte plaatjes en spanschroeven aan
wezig zijn. Voor het normale werk zijn 5/9" spanschroe
ven met haken zeer geschikt.
Voor zwaar werk gebruike men liever I en 2 span
schroeven met ogen en nauwe sluitings.
Een volgende maal een ander voorbeeld.
J. R. 'de Waard.
Vele buitenlanders denken dat alle Hollanders op klom- j
pen lopen, vele Hollanders denken over Turkije aan ha
rems en tulband en fez. Het een zowel als het ander is
onjuist. Daarom hier een kort bericht over Turkije.
Op 29 October 1947 is de Turkse Republiek haar 25ste
levensjaar ingegaan en bestond dus op die dag 24 jaar.
Een korte spanne tijds in het bestaan van een eeuwen
oude Staat, doch in dit geval een tijdperk van zo grote
betekenis voor de ontwikkeling en vooruitgang van land
en volk, dat het in de wereldgeschiedenis welhaast als
een phenomeen mag worden aangemerkt. Het is ook wel
de moeite waard daarbij nog even stil te staan en een
korte beschouwing te geven van hetgeen de Turkse natie
in dit tijdvak heeft bereikt, temeer waar telkens weer
blijkt, dat hier te lande, zelfs in kringen waar men dit
niet zou verwachten, nog dikwijls grote onwetendheid
en misverstand bestaan omtrent het tegenwoordige Tur
kije. Er zijn er zelfs nog altijd, die bij het woord Turkije
nog denken aan fez en tulband, aan harem en eunuchen
en aan gesluierde vrouwen achter latwerk verborgen en
die niet weten, dat het republikeinse regime reeds lang
geleden aan dat alles een einde heeft gemaakt en het
land verlost heeft van regressie, fanatisme en obscuran
tisme, die het oude Sultanaat kenmerkten en gemaakt
heeft tot een moderne, democratische staat op Wester
se grondslag.
Het is niet mogelijk in bijzonderheden te treden over
alle maatregelen van hervorming op cultureel, maat
schappelijk, wettelijk en administratief gebied, welke
gedurende het republikeinse regime tot stand zijn ge
komen en waarover boekdelen vol te schrijven zouden
zijn. Daarom zal worden volstaan van deze hervormingen
een korte opsomming te geven.
Een van de grondbeginselen van de Republiek is de
volkomen scheiding van Kerk en Staat. Daarmede werd
in één slag een einde gemaakt aan de invloed van de
godsdienstige instellingen en de geestelijkheid op het
bestuur en de aangelegenheden van de Staat. Haarden
van godsdienstig fanatisme en bijgeloof werden verwij
derd door opheffing van de kloosters der derwischen
(Tekké), de bewaakte graven (Turbé) en de ontbinding
van de talrijke, dikwijls geheime secten (Tarikat). Oude
godsdienstige titels werden afgeschaft en het dragen van
geestelijke gewaden slechts toegestaan bij het werke
lijk uitoefenen van godsdienstige verrichtingen in de
daarvoor bestemde gebouwen.
De Oosterse klederdracht werd vervangen door de Wes
terse. In November 1925 werd reeds het dragen van de
fez verboden, gevolgd door het opheffen van het ver
plichte dragen van de sluier door de vrouwen. De tijds-
is te zien hoe twee delen naar elkaar toegetrokken wor
den en hoe hiervoor op elk van de delen een stuk hoek
staal gelast is. Door het aanhalen van de moeren kan een
vrij grote kracht worden uitgeoefend. In fig. 2 is dit
nog eens schematisch aangeven. Tussen fig. 1 en fig. 2
is echter een verschil. In fig. 2 is ieder hoekstaal met
twee stukjes hoeklas bevestigd, en in fig. 1 zijn boven
dien hoeklassen op de einden van de hoekstalen aange
bracht. Daardoor vraagt het vasthechten van fig. 1 meer
laswerk en dus meer werktijd dan fig. 2, n.l. juist
2 maal zoveel, terwijl hier dooi; de eindlassen de sterkte
nauwelijks wordt vergroot. Daarom is de methode van
fig. 1 minder goed dan die van fig. 2 want fig. 1 geeft
wel voldoende sterkte doch is duurder in aanbrengen.
Maar we moeten nog een stap verder kijken. Deze hoek
stalen hebben een tijdelijke functie; wanneer de delen