BUYUKADA
DE TEWATERLATING VAN HET PASSAGIERSCHIP
Het buitenland
houdt ons de spiegel voor!
82
De goede wens geuit door Verschure Co., in het Juni-
1948-nummer van het ..Zeskant" bij de tewaterlating van
het eerste der zes passagiersschepen in aanbouw voor de
Turkse Staatsrederij is op 17 Augustus j.l. in vervulling
gegaan door de zeer geslaagde tewaterlating van boven
genoemd schip van een der hellingen van J. K. Smit's
Scheepswerven N.V. te Kinderdijk.
Des namiddags ca. 4 uur hadden verschillende genodig
den zich op de werf verzameld, waaronder we opmerkten
de nieuwe Turkse gezant, Zijne Excellentie Nedini Veysel
Elkin en zijn echtgenote, de Consul Generaal van Turkije
en echtgenote, de Voorzitter en Penningmeester van de
Nederlandse Turkse Vereniging, de Directies van enige
der samenwerkende werven en hun dames en vele an
deren.
Nadat de doopplechtigheid was verricht door Mevr. Ilkin.
die zich hiertoe gaarne had bereid verklaard, gleed het
schip, dat getooid was met de nationale kleuren van
Turkije en Nederland, met een sierlijke gang in zijn
element, teneinde zijn nadere voltooiing tegemoet te gaan.
De hoofdafmetingen van het schip zijn:
lengte over'alles 51.50 meter
breedte 8.24
holte 3.30
Het schip kan 1150 passagiers vervoeren.
De verdere gegevens mogen voldoende bekend worden
verondersteld uit vorige Zeskant-artikelen.
Het volmaakte is niet van deze aarde. Ook de mens heeft,
naast zijn goede eigenschappen, zijn fouten. Zelf ziet hij
die meestal niet, maar anderen des te beter. Hij heefteen'
gezin. Vader, moeder en de kinderen hebben hun kleine
of grote gebreken, die zij wel van elkaar opmerken, ter
wijl er daarnaast onvolkomenheden zijn, die de ouders en
de kinderen met elkaar gemeen hebben, waardoor deze
niet door hen opgemerkt worden. Door anderen wèl.
U moet de bifren maar eens over dat gezin horen!
Wat geldt voor een gezin, geldt eveneens voor een volk.
Het heeft zijn nationale deugden, zijn nationale gebreken.
Men merkt die van het eigen volk pas op, wanneer men
een poos in het buitenland vertoeft en de gedragingen van
de mensen daar met die van zijn eigen landgenoten ver
gelijkt. Soms zijn het bezoekers* uit het buitenland, die
ons de spiegel voorhouden.
Vreemdelingen van internationale bekendheid, die ons
land vlak na de oorlog bezochten en er nu weer een
kijkje komen nemen, spreken vol bewondering over het
geen in enkele jaren hier is hersteld.
De Nederlanders zijn een hardwerkend, stoer volk, zeggen
zij. Een volk met zulke eigenschappen schept zich een
goede toekomst.
In Nederland kan men vertrouwen hebben.
Men leest een dergelijke uitspraak van bezoekers uit het
buitenland zó dikwijls, dat men genejgd is aan een be
leefdheidsbetuiging te denken. Als film- en andere ster-
ren ons zoiets vertellen, glimlachen we maar wanneer
staatslieden en andere officiële personen hetzelfde be
weren, óók als ze in hun eigen land terugkomen, dan
heeft dit wel degelijk betekenis. Want dit heeft ertoe
geleid, dat het buitenland ons op vele wijzen hielp bij de
wederopbouw, het aanknopen van handelsbetrekkingen
en op velerlei ander gebied.
Naast onze arbeidslust prijst men gastvrijheid, de gulle
hartelijkheid, waarmee Nederland altijd weer bereid is, 1
noodlijdenden in andere landen te helpen!
Daarnaast heeft men ook wel iets op ons aan te merken.
De bekende Engelse schrijver John B. Priestley, die voor
en na de oorlog ons land bezocht, vindt het Nederlandse
volk te parochiaal: veel Nederlanders doen, zei hij, of ze
aan een stil binnenweggetje wonen, of hun land buiten
de sfeer van de wereldpolitiek ligt.