NIEUWE BESTELLING OP HOPPERZUIGERSVOOR BELGISCH CONGO DE CONGO rivier J3ANANA TOT Matadi ZANDBAKKEN SHimnRBSSD OMA M6ndin g Co ago. DIT (jEJJEELTE WORDT VOORAL IN ME TASSEN VAN FETISH-ROCKCAMOENS EN MAT EB A NIET QEBACQEKD. De IHC heeft een belangrijke opdracht gekregen van het Belgische Ministerie van Koloniën; het heeft twee hop perzandzuiger elk van *»0 rrr' buninhoud besteld, welke schepen gebouwd zullen worden door L. Smit Zoon te Kinderdijk. Het toezicht op de bouw zal worden uitgeoefend door de heer Jos. Claeyssens, oud-gezagvoerder en hydrograaf, die zelf vele jaren in de Congo gewerkt heeft. Hij is zo welwillend geweest op ons verzoek het volgende artikel te schrijven over de baggerwerken in de Beneden Congo, waar ook de beide nieuwe schepen tewerk gesteld zullen worden. Baggerwerken in Belgisch Congo. Het voor zeeschepen bevaarbare gedeelte van de Congo- stroom ook Beneden Congo genaamd heeft ene lengte van 153 KM., gemeten langs de hoofdgeul en strekt zich uit van Banana aan de monding tot, Matadi Haven, gelegen beneden de eerste grote watervallen van die machtige stroom. Matadi is ook het eindpunt van de ijzeren weg, die deze haven met Leopoldstad verbindt. Die Spoorweg vierde in Juli 1948, op plechtige wijze, zijn vijftigjarige bestaan. Langs hoge rotsachtige oevers, tussen Matadi en stroom afwaarts tot Prinsen Eiland, op een afstand van 50.5 KM. beweegt de stroom zich met een snelheid van 4 tot 15 KM. per uur, naargelang lage of hoge waterstand en de diepten zijn er van 12 tot 75 M. bij lage waterstand. Dan wordt de stroom breder vanaf het Prinsen Eiland tot Scotchman's Headeen afstand van 70 KM.de snelheid van de stroom vermindert tot 4 a 8 KM/Uur en de diep ten zijn er minder gunstig; 7 a 10 M. en soms meer, maar men ontmoet er menigvuldige kleine en grotere eilanden, waaronder er zijn die meerdere Kilometers op pervlakte hebben, onder ander het eiland Mateba, be faamd voor zijn veefokkerij en palmolie-ondernemingen. Vanaf Scotchman's Head tot Banana op een afstand van 32 KM. ontmoet men opnieuw grote diepten, afwisselend van de 50 M. tot 250 M. en zelfs meer, naar gelang men de Oceaan nadert; in dit gedeelte is de sterkte van de stroom van de 6 naar de 8 KM/Uur. Aangezien de Con- gostroom sterker is dan de vloedtij, behoudt die altijd zijn zelfde richting, d.w.z. van de bron naar de mon ding. Het is tussen Prinsen Eiland en Scotchman's Head het gedeelte van de Congostroom waar er, bij lage water stand, moet gebaggerd worden, voornamelijk te Fetish Rock, Pointe Camoens en de Mateba-passen. De oude tijd. Het eerste baggermaterieel dat op de Beneden Congo stroom in werking is getreden, was de „COCKERILL", een baggermolen gebouwd op de -Scheepswerven John Cockerill te Hoboken (Antwerpen)meestal werd die baggermolen gebruikt voor het dempen van moerassen te Banana en hoger op, maar een tijd nadat de hopperzui ger „MATEBA" in Congo was aangekomen, werd de „COCKERILL" verbouwd in kolenlichterde emmers werden gebruikt als anker voor het meren der boeien, die de vaargeul afbakenden. De „MATEBA" wad$2.40 M. lang en 7.70 M. breed en een buninhoud van 300 M3; die hopperzuiger werd ge bouwd in 1903 op de Werf Conrad te Haarlem, voor re kening van de Onafhankelijke Congo Staat. Maar die enkele baggerzuiger bleek onvoldoende, daar het schepenverkeer op de Congostroom steeds drukker en de diepgang der schepen groter werd; zo is het dat, in 1910 het Belgische Ministerie van Koloniën, aan de Scheepswerven L. Smit Zoon te Kinderdijk, de hop perzuiger „BOMA" van 56 M. lang op 9.50 M. breed, buninhoud 500 M3 bestelde. Na de eerste wereldoorlog. Na de oorlog 1914/1918 kwam de scheepvaart op de Be neden Congo tot grotere bedrijvigheid; de schepen namen in aantal en in omvang steeds toe; het Ministerie be sloot in 1921 tot de aankoop van de hopperzuiger „CON GO". gebouwd in 1914 op de Scheepswerven van L. Smit Zoon te Kinderdijk en die had nagenoeg dezelfde af metingen als de „BOMA", maar met een buninhoud van 530 M3. Met de te werk stelling dezer drie hopperzuigers kon men er toe komen een voldoende diepgang te behouden in de nauwe passen van Fetish Rock, Camoens, Boulicoco en Monroe; bij periode van hoge waterstand werd de „BOMA" met de „CONGO" aangewend tot het dempen van moerassen te Banana, te Boma en te Matadi, hetgeen onontbeerlijk was, om de gezondmaking der streek, want moerassen zijn broeinesten van muggen, die oorzaak zijn van malaria- en gele koorts. Te Matadi werden de moerassen van Venise en van Fuca

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Zeskant | 1949 | | pagina 2