DANKBETUIGING HET EIGEN NEST Wat doet ge in uw vrije tijd 86 Langs deze weg betuig ik, mede namens mijn vrouw en kinderen, aan de Directie, Mej. Heijnen, bazen en colle ga's mijn hartelijke dank voor het medeleven, de mooie gift en schone cadeaux, ontvangen bij mijn 50-jarig jubileum, welke deze dag tot een onvergetelijke voor mij heeft gemaakt. N. v. d. Brink Er zijn mensen, die zo heer lijk kunnen kankeren over alles en nog wat. Is er dan altijd wat te kankeren? Na tuurlijk wel. Als je er maar even over piekert, is er altijd wel iets te vinden, dat niet gaat, zoals je het graag zou hebben. De aartskankeraars zijn op dit punt bijzonder vin dingrijk: thuis, op straat, in de visclub, op de fabriek, als er een kaartje gelegd wordt, altijd is er wat. „De aardappels zijn niet gaar". „De verkeersregeling hier deugt niet; dan moet je eens in Amsterdam gaan zien; daar is het veel beter.'' „Ik vang nooit wat; 't viswater deugt niet! Hoe hebben ze 't zo kunnen uitzoeken." „Wat een pokkenwerk op die fabriek; die hele organi satie deugt niet. Nee, dan bij Verschure, of bij de Klop, of bij Wilton; daar hebben ze de zaken voor elkaar!" „Zie je nou wel, ik krijg altijd de rotkaarten in m'n han den. En als ik eens een keer een goeie kaart krijg, heeft m'n maat niks." Zo gaat het dag in, dag uit. En altijd hoor je, dat het ergens anders beter is. Maar bij óns, nee bij ons is het niksHelemaal niks f Bij andere firma's, bij andere clubs, in andere plaatsen, daar is het goed, maar bij óns, neen, bij ons is 't huilen met de pet op! Deze manier van spreken noemt men „je eigen nest be vuilen." En dat is glad verkeerd. Die kankeraars zouden zich doodongelukkig voelen, als er niets meer te kankeren zou zijn. Tenminste: die indruk hebben we wel heel sterk gekregen, want het is opmerkelijk, dat juist deze mensen nooit of te nimmer een hand uitsteken om een toestand, die inderdaad niet goed is, te verbeteren. Neen, ze blijven kankeren. En dan nog liefst tegenover hun mede-arbei ders, die aan de onjuiste toestand geen schuld hebben en nooit tegenover de baas, chef of bedrijfsleider, die mis schien verbetering zou kunnen aanbrengen. Laten we er toch om denken, dat de mensen al heel gauw geneigd zijn alles en iedereen over één kam te scheren. Ontmoet men nu in Schiedam of in Rotterdam twee of drie van die kankeraars, die het eigen nest bevuilen, dan is al heel spoedig het gerucht in omloop, dat het daar bij de Gusto een zootje is, of dat het in die visclub niet deugt, of dat.enfin, vul maar in. Toch is dat niet zo; het huishouden, de visclub, de verkeersregeling, de fa briek, het kaartavond je, ze zijn allemaal best in orde, maar het zijn de kankeraars, die niet deugen! Kom, kankeraars, werk die ontevreden trek eens van je gezicht af en probeer een beetje opgewekt te kijken. Een opgewekt gezicht kost minder dan een electrische lamp van 150 kaars, maar het maakt de huiskamer en de werk plaats veel helderder. In de laatste tijd hoort men veel spreken over vrijetijd- besteding". Er worden tentoonstellingen georganiseerd van voorwerpen, welke in de vrije tijd zijn gemaakt. Soms worden grote bouwwerken, als scheepsmodellen, poppenhuizen, maquettes van bestaande gebouwen met een minimum aan materiaal, kosten en een maximum van ijver, toewijding en doorzettingsvermogen vervaar digd. Duizende werkuren worden daaraan besteed. De grote belangstelling, die de vrije-tijd-besteding ge niet, doet ons de vraag stellen: Wat doet gij, Gustiaan, in Uw vrije tijd?". Zoals hierboven reeds uiteengezet is, zijn er velen, die in hun avonduren aan het knutselen slaan. We willen nie mand daarvan afhouden. Men is bezig; men vult de avond; men maakt iets! Er zijn ook mensen, die 's avonds hun krantje inzien, een pijpje opsteken en dan verder.A; niets doen. Ze zitten maar wat te zitten. En er zijn toch zoveel manieren waarop men die vrije tijd productief kan maken. Zonder aan andere vormen van vrije-tijd-beste ding te kort te doen, willen we eens iets zeggen over het lezen. Lezen is een van de mooiste vormen van het vullen van vrije tijd. Immers, in een boek legt de schrijver datgene vast, wat hij mooi vindt. De beste gevoelens van de kun stenaar vindt men in zijn boeken. Men kan dus eigenaar van die gedachten worden door te lezen. Maar boeken zijn zo duur, horen wij ons van alle kanten toeroepen. Toege geven, maar er zijn nog bibliotheken en leeszalen, waar men gratis of voor enkele centen per week boeken ter leen kan krijgen. De kosten kunnen dus geen bezwaar zijn. Welke zijn nu de voordelen van het lezen? Kort gezegd: men verrijkt zijn geest ermede. Een stadsmens kan door het lezen van een boerenroman een inzicht krijgen in het leven op het platteland. Een man uit een arbeidersgezin kan een inzicht krijgen in het doen en laten van een advocaat, een arts of een notaris. Een ingenieur kan door het lezen van een roman, die in een fabrieksomgeving speelt, een inzicht krijgen in het leven en werkèn en in de mentaliteit van de fabrieks arbeider. Het boek brengt ons overal waar we graag willen zijn: Naar Amerika, naar Indië, naar Zwitserland, naar Noor wegen! Maar ook naar huis, naar het eigen gezin. Het

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Zeskant | 1949 | | pagina 6