PROEFVAART
motoren zo zwaar belast werden, dat de automatische
uitschakelaars hun werk gingen doen, moesten de ban
den leeggeschept worden, met alle narigheid van dien.
Bij een opbrengst van 500 a 600 kubieke meter per uur
of ongeveer 1 kubieke meter per minuut is dit een
ramp.
Na verdere studie werd in overleg met onze bestellers
tot de volgende verandering besloten:
le. Vermindering der helling van de banden tot hoog
stens 10°
2e. Verbreding van de banden van 1200 tot 1400 mm.;
3e Verhoging van de bandsnelheid van 2 tot 3 meter
per seconde.
De laatste twee maatregelen waren er op gericht de
laag van de grond op de banden zo dun mogelijk te
maken, omdat vastgesteld was, dat hoe dikker de lagen
waren, hoe meer de grond terugliep.
Alle veranderingen waren nogal ingrijpend en er moes
ten enkele aan ons bij het oorspronkelijk project ge
stelde eisen opgeofferd worden, die zoals intussen ge
bleken was, toch niet het beoogde doel zouden berei
ken, en ten dele overbodig gebleken waren. Hierdoor
was het vooral mogelijk, de helling te verminderen en
toch nog de vereiste hoogte te bereiken. De banden 1
en 2 werden in één verenigd, waardoor een overstort-
plaats verviel en hoogte gewonnen werd.
Het besluit om de wijzigingen uit te voeren getuigde
van moed, want het betekende, dat er een belangrijke
vertraging in aflevering en inbedrijfstelling zou ontstaan.
Bij een dergelijke beslissing is het beter ten halve ge
keerd dan ten hele gedwaald. Ook was een groot deel
van deze tegenvallers niet te voorzien geweest en konden
dus niet aan nalatigheid of schuld van de ene of andere
zijde geweten worden.
Toen de beslissing gevallen was, had niemand meer tijd,
zich met de ondervonden teleurstellingen bezig te hou
den en moest met buitengewone inspanning getracht
worden, het tijdverlies tot het geringste te beperken.
Onze Franse opdachtgevers en zij, die als hun vertegen
woordigers ter plaatse optraden, hebben zich van de
beste zijde laten kennen. Zij hebben ook de mouwen
opgestroopt, in de bagger meegeploeterd en hun advie
zen gegeven bij de uitwerking van de wijzigingen. Zij
hadden ook de houding kunnen aannemen, van met ge
kruiste armen af te wachten totdat wij alles in orde
gemaakt hadden. De tekenkamers van Werf Conrad en
Verschure kregen plotseling een hoeveelheid werk te
verzetten waar niet op gerekend was en zij waren al
overbelast.
Specialisten van andere bedrijven werden om raad ge
vraagd, ettelijke besprekingen vonden plaats met het
enige doel, de wijzigingen zo afdoende en zo vlug mo
gelijk uit te voeren.
De voor de wijzigingen benodigde materialen moesten
in recordtijd aanwezig zijn, de fabrieken die ze moesten
uitvoeren moesten alles wat minder haast had op zij
zetten, het vervoer naar Bollène moest per vrachtauto
geschieden, omdat het per spoor niet snel genoeg ging,
de montageploeg in Bollène moest uitgebreid worden,
omdat door het aanbrengen van de wijzigingen, de mon
tage van de volgende molens niet stilgelegd mocht
worden.
Ondertussen werkte de eerste molen door, zo goed en
zo kwaad als het ging, maar doorgewerkt moest worden.
Ook wij hadden daarbij alle belang en niet alleen om de
eer, maar wij konden ondertussen verdere ervaring op
doen.
Aan het bedienend personeel van deze molen dient een
eregroet gebracht te worden, want de omstandigheden
waarmede deze vele maanden hun werk verricht hebben,
altijd en overal in de blubber, regelmatig verstoppingen
opruimend en altijd weer opnieuw klaar staand na elke
tegenslag, waren niet opwekkend. Zij die dit van nabij
beleefd hebben kunnen hierover oordelen. Ook de Fran
sen zijn volhouders als het er op aankomt.
Hierdoor heeft de eerste molen niettegenstaande al de
tekortkomingen toch nog veel werk verzet en heeft het
werk niet stil behoeven te staan.
En dan onze Nederlandse ploeg in Bollène! Zij hebben
meegebaggerd en meegeploeterd. Zij hebben ook hun
adviezen gegeven, hun ervaringen medegedeeld, zij heb
ben gezwegen als alles niet zo klopte als gewenst werd,
zij hebben gezwoegd in overuren en zo nodig op Zon
dag. Zij hebben de goede stemming bewaard en hun ge
zond optimisme aan de Fransen overgedragen. Ze zijn
nooit ontmoedigd geweest en toen de eerste gewijzigde
molen in Bollène had proefgedraaid, kwam er een tele
gram: „Proefgedraaid met molen W de I.H.C. gaat
nooit verloren!".
Er zijn nu drie molens, voorzien van de wijzigingen, in
bedrijf, die bewezen hebben, dat het een goed besluit
was, de constructie te wijzigen.
Nog is niet alles, zo het wezen moet, er kunnen nog en
kele details verbeterd worden, en hieraan wordt ge
werkt. Maar de grond wordt verslonden en het ziet er
naar uit, dat de molens een succes zullen worden.
Onder de werken, waarbij aan de leiding, aan de tech
nische kennis, aan de organisatie en aan de vakman
schap, doch vooral aan de goede wil en samenwerking
de hoogste eisen gesteld zijn, behoort zeker de bauw en
de montage van de vijf baggermolens in Donzère-Mon-
dragon. Zij, die hieraan medegewerkt hebben, zullen dit
nooit vergeten, het zal een deel van hun levenswerk
zijn en blijven.
Voor de directies, die in de I.H.C. verenigd zijn, is dit
werk een bron van bijzondere zorg geweest, omdat zij
de gehele verantwoordelijkheid gedragen hebben. Ook
zij zijn door de reeds bereikte resultaten voor een deel
hiervan ontlast en zij kunnen rustiger het verdere ver
loop afwachten. Er is meer te doen, de fabrieken heb
ben weer werk nodig en er is nu meer gelegenheid
daaraan de volle aandach te wij den. A. V.
Een van onze I.H.C.-ers zond ons de volgende herinne
ring aan het jaar 1939, toen hij een proefvaart mee
maakte met een hopperzuiger.
Aan de steiger ligt gereed voor de proefvaart de Sia
mese hopperzuiger Sandon I. Als Manus van alles be
vond ik mij aan boord, om, waar nodig, de behulpzame
hand te bieden.
Als tegen 10 uur de zon erin slaagt, de mist te verdrij
ven, klinkt het bevel: „voor en achter alles los". Twee
sleepboten, de „Independent" en de „Argus" helpen
ons om van de wal los te komen. Nu varen wij, het
water is van ebbe. Als wij "Vlaardingen gepasseerd zijn
rinkelt de telegraaf in de Machinekamer: „Volle kracht
vooruit". Het is alsof er een siddering door het schip
gaat, zoiets als van een rijpaard, dat de sporen voelt.
Beneden in de machinekamer gaan de drijfstangen als
razend op en neer. Er is actie en er is spanning te lezen
op de gezichten van de bankwerkers beneden. Er is
spanning te lezen op de gezichten van leden van de
Directie, tekenaars en van allen, die aan de bouw van
het schip hun medewerking verleend hebben.
Tussen Hoek van Holland en Maassluis minderen wij
vaart, draaien en daar gaat het weer volle kracht voor
uit. Daar ik de nacht tevoren alles een goede beurt ge
geven had, behoef -ik nu niets te doen, maar daar ik erg
onrustig van aard ben, hak ik een zootje hout voor de
kok en schep kolen. Ik weet als bij intuïtie dat je met
een kok op goede voet moet blijven, vanwege de in
wendige mens. Als ik mij van mijn taak gekweten heb,
hoor ik van onze Pil, dat de snelheidsproef geslaagd is.
Wij zetten koers naar zee, we passeren 2 Engelse vracht
boten en 1 Franse. Achter, midscheeps en vóór staan
dreigend kanonnen en afweergeschut opgesteld. Het is
alles zo onwezenlijk met dit stralende zomerweer, en
toch, er hangt een dreiging in de lucht. Ik kan niet na
laten om bij mijzelf te denken aan die dichter, die eens
gezegd heeft: „Och waren alle mensen wijs en deden
daarbij wel". De rest kennen jullie wel, hè? Wij zijn op
zee, passeren een Hollandse kruiser, groetend gaat onze
vlag neer. Als een trouwe waakhond houdt dit eenzame
oorlogsschip de wacht.
Wij hebben een gemengd gezelschap aan boord. Ik
maak kennis met een volbloed Indonesiër, een slanke