S.H.V.
DRIJVENDE
VAN DE
TE AMSTERDAM
Apparatuur van bijzondere constructie.
Zoals wij reeds eerder hebben bericht werd op 22 Mei j.l. de nieuwe
drijvende laadbrug van de Steenkolen Handelsvereeniging N.V. te Am
sterdam door burgemeester d'Ailly in bedrijf gesteld. Om het nieuwe
terrein van de S.H.V., dat een diepte van 45 m. en een kadelengte van
430 m. heeft, en tevens het oude terrein van het nieuwe gescheiden door
het Johan van Hasseltkanaal -te kunnen bedienen, moest naar een spe
ciale oplossing worden gezocht. Oorspronkelijk had Ir. D. Valstar, hoofd
ingenieur van de S.H.V., zich deze gedacht als een drijvende kraan. Gezien
de diepte van het nieuwe terrein en de breedte, die de ponton voor een
dergelijke kraan vereist, zou deze een vlucht vanuit de spil moeten krijgen
van ca. 54 m. Geeft men dan de machinist de gebruikelijke opstelling in
de vaste kraanopbouw, dan komt hij wel erg ver van zijn grijper af te
zitten, terwijl het gehele gevaarte voor elke grijper kolen een groot stuk
moet zwenken. Deze bezwaren nu hebben geleid tot het ontwerpen van
een drijvende laadbrug.
Bij een drijvende laadbrug, die hier tenslotte de ideale oplossing bleek te
zijn, volgt de kraandrijver de horizontale beweging van de grijper. Wil
men een dergelijke constructie echter niet te zwaar maken, dan moet de
massa der bewegende delen klein gehouden worden. Hier is in voorzien,
door de hijs- en de katlier niet mee te laten rijden met de kat, waardoor
niet alleen de kat licht geconstrueerd kon worden, m3ar ook de arm,
waarover deze rijdt, enige malen lichter kon vallen dan wanneer de diverse
lieren op de kat gemonteerd waren, zoals dit bij gewone electrische laad-
bruggen altijd het geval is.
De moeilijkheid was nu echter te zorgen, dat tijdens het verrijden van
de kat de grijper op gelijke hoogte blijft. Hiertoe werd een bijzondere
constructie (een knikarm) aangebracht tussen de kat en het vaststaande
lierwerk. De hijsdraden voor de grijper en de electrische kabels voor de
bediening van de diverse motoren worden over grote horizontale armen
tussen kat en constructiewerk geleid. Dit brengt een abnormale armen- en
benenbeweging aan de kraan mede.
Twee smalle draagpontons.
Natuurlijk is bij de toegepaste grote rijweg van de kat (ruim 70 m.) en de
hoge opbouw der kraan (hoogste punt 30 m. boven ponton) voor de
stabiliteit van het geheel een zeer brede ponton nodig. Feitelijk zou de
ponton 34 m. breed moeten zijn. maar het midden deel kan hieruit weg-
104