11.30 uur waren we in Schiedam en stapten af voor het „Corner House'
Hier waren ter begroeting aanwezig namens de P.V. Schiedam de heren
Wink en Mulders, terwijl ook de heer de Weerd, onze chef te Geleen,
door zijn aanwezigheid blijk gaf van medeleven met onze vereniging.
Hij bracht de verdere dag met ons door, wat wij zeer waardeerden.
Om 13 uur gingen we aan tafel voor de lunch, welke zeer in de smaak
viel. Tijdens de lunch richtte de heer Wink enkele hartelijke woorden
tot ons, zijn genoegen uitsprekende ook eens kennis te mogen maken
met de Gustorianen uit het „donkereZuiden. Hij hoopte, dat het bij
deze eerste kennismaking niet zou blijven.
Onze voorzitter, de heer P. Lamens, antwoordde met een kort speechje.
Hij hoopte volgend jaar niet met een eendagsbezoek te volstaan, maar
tot een wederzijdse vacantie-uitwisseling te komen, zodat de Noorde
lingen eens van ons mooie „donkere Zuiden" zullen kunnen genieten.
Want, behalve kolenmijnen, hebben wij ook nog een overdaad aan
natuurschoon.
Na de lunch reden we naar de Werf Gusto. De ontvangst in de kantoor-
cantine was zeer hartelijk. Mr H. Smulders en H. I. Heymans heetten
ons hartelijk welkom. Mr H. Smulders wees op het nut van deze excur
sies, doordat deze de onderlinge band Noord-Zuid verstevigen. Onze
P.V. was zo gelukkig geweest in het bezit te komen van twee originele
mijnwerkerslampen, welke door onze voorzitter werden aangeboden aan
de heren N. Conijn Sr. en Mr H. Smulders, welke laatste de lamp per
soonlijk in ontvangst kon nemen. Wij meenden te mogen opmaken, dat
hij er zeer mede in zijn schik was. Hierna volgde de rondgang door de
fabriek onder deskundige leiding van verschillende heren. Wij danken
deze heren alsnog voor hun duidelijke uiteenzettingen. De gieterij was
voor velen van ons iets prachtigs, vooral het gieten van de verschillende
vormen trok zeer de belangstelling. Ook de machinehal had de volle
aandacht, vooral wat betreft het aantal en de aard der machines. Ook
de haven en de hellingen waren zeer interessant.
Na de bezichtiging van de fabriek ving per „Spido" de tocht door de
havens van Rotterdam aan. Deze tocht was ons door de Directie aan
geboden. Voor velen was dit uitstapje een openbaring, daar er verschil
lenden onder ons waren, die nog nooit een echt zeeschip hadden gezien.
De kapitein wees ons op vaak humoristische wijze op het vele bijzondere,
dat de Rotterdamse haven biedt. Wij zagen o.m. Hr. Ms. Kruisers De
Ruyter en De Zeven Provinciën, de Karei Doorman en de duikbootbasis
in de Waalhaven. We wisten nu, zei de kapitein, dat onze belastingcenten
goed werden besteed. Tijdens de tocht toonde men zich goede gastheren
door ons te vergasten op koffie, sigaren en sigaretten.
Dit viel natuurlijk erg in de smaak en droeg er toe bij de rondvaart tot
een succes te maken, niettegenstaande de wind en de regen, die juist
begon te vallen.
Na de rondvaart kwamen we nog even in de cantine bijeen, waar de
heer Wink nog enkele hartelijke woorden tot afscheid sprak en ons
een weerzien toewenste.
Om 18.30 uur werd de terugreis aanvaard en gezien de opgewekte en
vrolijke stemming, welke er op de terugreis heerste, mogen wij wel
zeggen, dat deze dag ten volle geslaagd was.
Na in Den Bosch nog even de kelen gesmeerd te hebben, kwamen wij
om 24 uur in de stromende regen in Geleen aan.
C. M.
112 (0)
