perst. Een tweede machine of motor is bestemd voor het aandrijven van de waterpomp. Deze waterpomp levert de krachtige waterstraal, die de vaste grondmassa moet verdunnen tot een wegzuig- resp. wegpersbare massa. Het water wordt door de zuiger van buitenboord aangezogen via een ingebouwde zgn. „slikkast" of „wierbak", voorzien van een rooster om verontreiniging en daardoor verstopping van de pomp te voorkomen. De zuig-perspomp of baggerpomp moet stevig en doelmatig zijn om niet alleen goed te kunnen zuigen, maar ook om de baggerspecie honderden, ja soms duizenden meters ver weg te persen. De zuigbaas is aan boord de man aan wie de zorg voor het zuigen en persen is toevertrouwd. Hij zetelt daartoe in het bovenop de zuiger aan gebrachte bedieningshuis, waarin zich de verschillende handles bevinden, ter bediening van de machines, pompen, kleppen, lieren, benevens de verschillende drukmeters. Dank zij deze meters is de zuigbaas in staat de capaciteit der pompen te controleren en daardoor zo hoog mogelijk op te voeren. Begint de zuigbaas nu met het leegzuigen van de langszij liggende bak, dan laat hij de zuigbuis, die scharnierend is opgehangen, in de bagger specie van de bak zakken, zet de baggerpomp in werking en laat haar langzaam lopen. De zuigbuis is nu nog vol met lucht en om dit weg te werken, wordt ook de waterpomp in werking gesteld, waardoor water geperst wordt door een buis, die op de zuigbuis is aangesloten. Dit duurt zo lang, totdat het water uit de zuigmond loopt. Thans komt de bagger pomp op toeren en begint te zuigen. De watertoevoer naar de zuigpijp wordt nu afgesloten en naar de waterstraalpijpen geleid. Het water uit deze pijpen maakt de specie tot een vloeibare massa. De uit de bak gezogen specie wordt naar de wal geperst door middel van een buis, welke scharnierend is opgehangen, waardoor de bewegingen van de zuiger, die bij eb en vloed ontstaan, worden opgevangen en verder door een vast op de wind liggende pijpleiding naar de stortplaats. (Zie bijlage). De persleiding buitenboord bestaat soms uit een zgn. drijvende leiding, dat is een persleiding gebouwd op drijverpontons. Zulk een drijvende leiding moet gebruikt worden in die gevallen, waar de zuiger op grotere afstand naar de wal moet persen en niet dicht genoeg bij de oever is om te kunnen volstaan met het wegpersen der opgezogen specie door de landleiding, die niets met eb en vloed te maken heeft. Sliedrecht X" Bakkenzuiger (C.O. 94).

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Zeskant | 1952 | | pagina 29