B I L L A R D
„BEAT I"
OPEN BRIEF
Mijne Heren,
Op Zaterdag, 24 Januari, werd mij door het P.V.-bestuur mededeling
gedaan, dat wij het billardlokaal moesten verlaten. Met andere
woorden het billard moet daar weg! Op de vraag waar het dan moest
blijven, kon men slechts antwoorden: opbergen in 't Archief. Er is nergens
plaats om het op te stellen. U begrijpt, dat het voor ons een strop be
tekent om ons mooie spel noodgedwongen te moeten opgeven. Persoonlijk
betreur ik dit heel erg, want het billard moet in gedeelten naar 't archief
en komt misschien nooit meer in elkaar. Het is jammer! Alleen hoop ik,
dat dit schrijven aandacht moge vinden bij de Directie. Misschien komt
het nog wel goed. Inmiddels zeggen wij de Directie dank voor de tijd,
dat wij de billardkamer mochten gebruiken.
A. COOYMAN.
Wij als de bevoorrechten; Wij als de cultuurdragers,
a, hum. Wij als knutselaars. Wij Beatimannetjes (en
vrouwtjes), pardon! zijn ons bewust de massa hum
een goed en kunstzinnig voorbeeld te zijn. Wij
trommelen ons op de borst als wijlen Iarzan, maar...
zijn wij wel z.g. dragers? Gaan wij niet lichtelijk op
doodbidders lijken, of meelopen in de door ons ver
guisde massa? Worden wij niet te veel verfknoeiertjes
en penseelpuntjeszuigers?
Ja? Dan fris van de lever onze lange haren uitge
schud en onze kop in de wind. Nieuwe ideeën en meer
verdieping van ons werk. Borst vooruit en laat het
weer zijn „Durf te smeren".
Geen omstandigheid mag ons remmen. Geen doel te ver, geen moeite te
veel. Leden! Mannen! Vrouwen!, op naar een veredeling van ons doen.
Voor een nog beter en vinniger Beati-beleven.
30 (0)