Verf en Kleur
Kleur, als onderdeel van de schepping, is zo bijzonder merkwaardig, dat
er vele artikelen nodig zouden zijn om door de kleurenleer heen te wan
delen. Kleur is een schijnbezit van onze planeet. Kleur is in 't kort gezegd
iets dat niet bestaat. Er is geen gekleurd materiaal op Aarde. Alles is
kleurloos, zodra het licht verdwijnt. Dus met het verdwijnen van het licht
is ook de kleur weg.
Ons gezichtsvermogen is ook waardeloos zonder deze schijnbaar gekleurde
materialen. Zou op Aarde alles één en dezelfde kleur krijgen als het licht
kwam, dan waren we met het licht alleen toch stekeblind. De kleur leert
ons afstand zien, diepte en vorm. Kortom de kleur bepaalt onze zelfver
zekering in ons bewegen en behoedt ons voor botsingen met alle moge
lijke obstakels. Kleur dient dus de mens altijd, iedere minuut, zolang het
licht bij ons is.
U voelt nu hoe belangrijk kleur is, al zijn wij ons dat bijna nooit bewust.
Vooral in onze directe omgeving, dus ook vooral op een schip, waar men
op een eindeloze watervlakte een plaats bezit, die meetbaar is en veilig
voor de zee, die merkwaardig altijd een gevaarlijke vijand is, ondanks
vele voorzorgen. De zee, die door haar eenzijdigheid (water) ons een
verlaten gevoel geeft, bewijst hoe afhankelijk wij ons voelen in een één-
kleurige vlakte, die meestal ongevaarlijker is dan een van bloemen weme-
lend oerwoud, dat ons echter veel zelfverzekerder doet zijn, door de
kleurschakeringen. Dus is kleurschakering van zeer groot belang. Zo nade
ren wij ook de schilder, die de plaatsen waar het materiaal ons niet vol
doet, met stoffen, door hem uitgevonden, meer accentueert. Hij strijkt op
wanden en deuren (dus daar waar de omgeving kleur vraagt) deze stof,
die meer kleur uit het licht haalt dan normaal. Die stof noemen wij verf.
De schilder maakt het U prettig. U meet afstand en loopt met grote
zekerheid. U ziet beter. Maar boven alles is het een wetenschap apart die
stoffen aan Uw ogen-verzoek aan te passen. Wij hebben dus door ons
verstand een middel (verf) in handen, dat ons het leven meer aangenaam
kan maken. Wij kunnen een tekort aanvullen. Maar doen wij dat altijd
wel goed? Meestal spreekt men over verf alsof het een jasje is voor het
materiaal, dat als kleur geen rol speelt, maar het is bewezen, dat juist de
kleur van veel invloed is op ons innerlijk. Het gaat zoals met veel andere
zaken: de juiste doelstelling raakt in 't vergeetboek. Men smeert het links
en rechts maar lukraak op de stof en bekommert zich verder niet of de
plaatsing wel juist is. En kiest men wel, dan is het veelal de slaafse
mode, die de kleur als achtergrond zoekt en ze niet de plaats geeft, die
zij rechtens haar eigenschap bezit. Ook is verf bij velen geprofaneerd tot
impregneermiddel. Besluit is dus, dat als wij de vraag van ons oog willen
inwilligen, wij met grote zorg en inzicht, met kennis van zaken en fijn
gevoel, zonder modesleur, de verf moeten aanbrengen.
Wij dienen dus te overwegen: Wat vraagt de bewoner? Is het een schip,
dan proberen wij in de verblijven het huiselijkheidstekort te doen verge
ten. Is het een huiskamer, een ziekenhuis, een wachtzaal, een school, een
Directiekamer: er moet een functie vervuld worden en aan de smaak
127