1954
Het is jammer, dat het Zeskant niet op de eerste dag van de maand kan
verschijnen. Nu komen we met ons Nieuwsjaarspraatje uit de bus als het
Nieuwe Jaar reeds een paar weken oud is. Of de jaarwisseling nu in feite
zo'n belangrijke gebeurtenis is, als wordt voorgedaan, laten we in het
midden. Het is echter een eeuwenoude traditie, dat er aandacht aan wordt
geschonken; dat men elkaar het beste toewenst voor het nieuwe jaar en
dat men het met een schep goede voarnemens tegemoet treedt.
Goede voornemens op Oudejaarsavond! We lachen er vaak om! We weten
immers, dat we allen zo zwak zijn, wanneer het er om gaat onze beloften,
ook aan onszelf, te houden. Oh ja, op zo'n moment, we zijn onder de
indruk, menen we het zo goed. Maar nauwelijks zijn we weer in ons
gewone doen, of alles is vergeten en we leven verder alsof er geen
cudejaarsbeloften en 'Voornemens zijn geweest.
Kunnen we dat nu niet veranderen? En die goede voornemens vrucht doen
dragen?
Bij 't begin van het Nieuwe Jaar maken we de balans op. We vragen ons
af: Was het afgelopen jaar goed voor mij en wat zal het nieuwe jaar mij
brengen? Wij stellen ons zelf teveel in het midden van het gebeuren om
ons heen. Het zou een goed ding zijn om eens te overwegen: Was ik een
goed mens in de gemeenschappen, waarin het leven mij plaatste? Was ïk
een goed lid van mijn gezin? Deed ik, wat men van mij verwachtte in
mijn werk, in mijn organisatie, in mijn vereniging? Deed ik méér dan mijn
koude plicht tegenover mijn omgeving?
Als men deze vragien eens dagelijks tot zichzelf stelde en er niet mee
wachtte tot dat ogenblik van de jaarwisseling, het nuttig effect zou groter
zijn. We zouden minder geneigd zijn tot vergeten en de balans aan het
eind van het jaar zou zeker winst te zien geven.
Gelukkig Nieuwjaar!
(0) 1