PROEFVAREN MET DE „AKDENIZ" (C.O. 266) Maandag 28 Juni. Precies half acht rinkelt de scheepstelegraaf, de touwen worden losgegooid en het kittige paardje van Eerland trekt de „Akdeniz" de Noord op. We varen niet lang, want voor Krimpen klinkt al het bevel: „Ankers laten zakken". De zuigbuis gaat te water en de eerste phase van de proeftocht is begonnen. Het geluk is echter niet met 266; zuigen op een diepte van 10 m met bijna geen zand op de bodem vindt hij niet erg prettig. Het lukt dan ook niet z'n bun helemaal vol te krijgen binnen de vastgestelde tijd. Het zand perst men vervolgens in een bak langszij, en daarna gaat het verder de Lek op, tot we onder de rook van Lekkerkerk opnieuw de ankers uit gooien, op een mooie „plaat". Hier wil het heel wat beter; royaal binnen de voorgeschreven tijd waren we vol. Tegen de middag stoomt de „Akdeniz" met een boordevolle bun de Maas op naar de Nieuwe-Waterweg, waar we op de gemeten mijl, tussen Vlaar- dingen en Maassluis, snelheid moeten varen. Een prachtige snor aan de kop, diepe waterkuilen langszij, een rommelig schuim van het schroefwater en een zwaar rokende schoorsteen. De stokers zetten hun beste beentje voor en alle andere mensen zijn op hun plaats: diagrammen opnemen, met chronometers lopen, enz. Zo scheurt de „Akdeniz" het brakke water van de Waterweg, ruim zo snel als het contract het vereist. Verschillende „grote broers" passeren ons, als oud-roest binnenkomend of netjes schoongemaakt weer uitvarend. Bij Maassluis klopt ons LSZ-ers hart wat sneller: de trots van L. Smit G Co, de „Zwarte Zee" en verschillende andere zeetemmers, liggen voor de wal. Terug weer naar Rotterdam. De brug houdt ons een heel poosje op. Maar als we er eenmaal door zijn om tien over acht, gaat het in, één ruk, met een flink vaartje, door naar Kinderdijk. De volle bun, waar we de hele dag mee gevaren hebben, wordt met be hulp van z'n kleppen gelost. En nadat alles nog eens grondig schoonge maakt is gaat het naar de vertrouwde haven. Ongeveer half elf liggen de trossen om de bolders en kan de bemanning van boord. Al regende het zo nu en dan, het verhinderde toch niet, dat we met z'n allen een gezellige dag hebben gehad, mede door het fraaie succes van de beproevingen. De „Akdeniz" is door LSZ gebouwd voor het Turkse Ministerie van Openbare Werken. De hoofdafmetingen van het schip zijn: 61.65 x 11.65 x 4.85 m. Buninhoud 600 m3. Brouwer-hoofdmachine 1000 ipk. Snelheid geladen ruim 10 knopen. C. B. (LSZ)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Zeskant | 1954 | | pagina 6