M.S. MERIDA OVERGEDRAGEN
14 Januari 1955: een belangrijke dag voor de Werf Gusto; een belangrijke
dag voor de IHC. Op deze dag vond de officiële proefvaart plaats met
de CO 272, de „MeridaDit schip is het eerste van een serie van vier
schepen, die gebouwd wordt voor de Compania Anónima Venezolana
de Navegación te Caracas. De C.A.V.N. is een staatsrederij en daardoor
is het begrijpelijk, dat zich bij de proefvaart veel autoriteiten aan boord
bevonden. Wij zagen de heren M. Dagnino, ambassadeur van Venezuela
in Nederland, Korvettenkapitein Aristides Rojas, A. Cudemus Léon en
P. E. Cohen, die het toezicht op de bouw hebben uitgeoefend, Mr. N.
Debrot, gevolmachtigd minister van de Nederlandse Antillen, J. Visser,
inspecteur van de Scheepvaart en vele anderen.
Omstreeks 12 uur 's-middags vond de officiële overdracht plaats. De vlag
van de IHC werd gestreken en die van de C.A.V.N. ging in top. Daarbij
werd het woord gevoerd door de heer Mr. H. Smulders van de Werf
Gusto en door de Venezolaanse ambassadeur, de heer Dagnino. De heer
Smulders memoreerde, dat bij de technische proefvaart is gebleken, dat het
schip aan hogere eisen voldoet, dan bij de opdracht voor de bouw werden
gesteld. De heer Dagnino aanvaardde het schip voor zijn Regering en
noemde het een waardig product van de Nederlandse scheepsbouw. Er
werd een dronk uitgebracht op het schip, op de bouwers, op het Neder
landse Volk en op H.M. de Koningin. Deze toasten werden beantwoord
met een dronk op de Venezolaanse natie en haar President.
Als een voor het buitenland gebouwd schip de werf verlaat, staan we aan
de wal en ogen het schip na. Menigmaal komt dan de vraag bij ons pp:
zullen we dit schip, dat hier werd ontworpen en gebouwd, ooit nog eens
terugzien? In de regel is die kans maar klein. Maar in dit geval is het
anders. De „Merida'' gaat een dienst onderhouden tussen Venezuela, Ham
burg, Bremen, Amsterdam en Antwerpen, waarbij, zo nodig, ook Rotter
dam zal worden aangedaan. En we mogen dus verwachten, dat we op een
dag zullen kunnen zeggen: Kijk, daar gaat onze „Merida". „Onze Merida";
ja, want het zal toch altijd „ons schip" blijven. Als de Merida in de toe-
19