tewaterlating Mijnenveger „Hoogezand" direct worden opgemerkt en becritiseerd. En dan kan de critiek dikwijls nog zo onbarmhartig zijn. En scherpe critiek werkt niet opvoedend; een scherpe critiek wekt een gevoel van onbehagen bij de becritiseerde; hij wordt wrevelig en dikwijls ook bang. Hij krijgt een angstig gevoel; hij probeert de gemaakte fouten in de toekomst te voorkomen. Op zichzelf is dat heel goed, maar doordat hij angstig is, verliest hij zijn normale zeker heid bij het werk. Hij gaat aarzelen en zo komt het, dat hij ten slotte toch weer fouten gaat maken. En de critiek, die er op gericht is, de fouten te voorkomen, werkt nu de fouten in de hand. De vraag, hoe de critiek, die wellicht in het geheel niet misplaatst is, wordt geuit, is van het grootste belang. Wordt de critiek met een zekere welwillendheid geleverd, dan wordt ze gaarne geaccepteerd. Maar laat degene, die de critiek uitoefent, dan ook niet blind zijn voor de goede eigenschappen en de goede prestaties van de betrokkene. Wanneer 90% van het werk zeer goed is en 10% fout, dient men niet alleen over die tien procent te vallen. Wanneer er gezegd wordt: „Kijk eens, je hebt dat werk heel goed gedaan, maar er zitten een paar foutjes in, die je zelf had kunnen voorkomen", dan klinkt dat heel anders, dan wanneer de chef zegt: „Je hebt in dat werk weer een paar stommiteiten uitgehaald". Welwillende critiek en, als het kan, eerlijke waardering doen de arbeidende mens goed. Zo goed als een malse regen en wat zonneschijn voor de planten. Moed houden; het wordt tóch weer lente! Het was Mevrouw M. A. Roelfsema-Poelstra, de echtgenote van de burge meester van Hoogezand-Sappemeer, die op 22 Maart 1955 te kwart voor vier de champagnefles met een ferme zwaai tegen de romp van de mijnen veger slingerde en daarmede het schip doopte. Nog een paar seconden spanning en toen gleed de eerste van de vier mijnenvegers, die door de Werf Gusto worden gebouwd, in het water. De „Hoogezand" is een van de 32 mijnenvegers, die op het ogenblik op 14 Nederlandse werven in aanbouw zijn. Van deze 32 schepen komen er 18 voor Amerikaanse rekening en het is de bedoeling, dat deze 18 schepen, in het kader van de wederzijdse hulpverlening, door Amerika aan Neder land zullen worden overgedragen. De schepen zijn ruim 46 m lang en bijna 9 m breed en hebben een water verplaatsing van circa 400 ton. Voor de tewaterlating bestond veel belangstelling. Behalve Mevrouw Roelfsema-Poelstra waren o.m. aanwezig de heer Roelfsema, Burgemeester van Hoogezand-Sappemeer; de Schout-bij-Nacht 1. H. L. Pröpper, de Schout-bij-Nacht J. B. Berck, de Capts. R. S. Hitchcock en E. B. Miller, van de United States Navy; de Commandeur H. Bakker; de Hoofd- 42 (0)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Zeskant | 1955 | | pagina 8