DE „LOUIS PERRIER
Botlek en Dordtse Kil naar het Hollands Diep. Het is, alsof we Hare
Majesteit zelf zijn; alle bruggen worden zodra we naderen opengedraaid.
Nergens het geringste oponthoud, zodat we uiteindelijk al om een uur of
een op de plaats van bestemming aankomen, waar het sleepbedrijf
„Eerland" reeds met elf drijvers en een walponton uit Kinderdijk is
gearriveerd.
Halverwege de Kil is bakenmeester Van Noord van de Rijkswaterstaat met
zijn prachtig, op een motorjacht gelijkend schip langszij gekomen. Tijdens
de verdere tocht naar het Hollands Diep wordt aan de hand van een
grondborjngskaart uitgemaakt, waar we precies moeten gaan liggen om
kleileem onder de cutter te krijgen. Alles gaat van een leien dakje en tegen
veler verwachting in, liggen we om vijf uur gesteld, net als de heer
A. Smulders in zijn vliegtuig poolshoogte komt nemen.
In de loop van de middag is gebleken, dat de voedingswatervoorwarmer
lek is. Via de mobilofooninstallatie van bakenmeester Van Noord wordt
op de Werf een rclpakking besteld. De avond en een gedeelte van de
nacht wordt gebruikt om het lek te stoppen. Sommigen maken van de
heerlijk rustige nacht gebruik om eens uitgebreid van gedachten te wisselen.
Na een enigszins onrustige slaap (je moet aan alles wennen, en zeker aan
een paar uitlaatketels van Dieselmotoren in de buurt van je kooi) gaan we
Dinsdagmorgen om acht uur draaien. Eerst voorzichtig aan; ten slotte
moet onze baggerbaas, de heer Boogaard, nog gevoel op de zuiger krijgen.
Dat duurt echter niet lang en al gauw komt er een prachtige donkere
straal uit het einde var. de persleiding. Jammer, dat onze Alto-concentraat-
meter nog niet werkt.
Weldra blijkt, dat de voorzijlierdraden slechts dan goed op de trommels
gewikkeld worden, wanneer ze tijdens het afwikkelen strak gehouden
worden. De drie velden-Kramer schakeling van de voorzijliermotoren maakt
het mogelijk de vierende lier op „halen" te zetten, zodat deze wordt door
getrokken. Dit heeft als hoofddoel, het over de grond rollen van de van
69