Nu kunnen we de ontwikkeling van eierleggende vissen eigenlijk in 4 stadia verdelen en wel als volgt: 1. 2436 uur na de geboorte voeden de jonge visjes zich met de inhoud van de dooierzak; 2. wanneer het voedsel uit de dooierzak verteerd is, dus na 24 tot 36 uur, (men kan dit zelf constateren, een vergrootglas is alweer onont beerlijk) leven ze van infusiediertjes tot ongeveer 79 dagen ouder dom; 3. na deze periode klein levend voeder, zoals gezeefde daphnia, pekel- kreeftjes etc., tot 3 a 4 weken wasdom; 4. na 34 weken kunnen de vissen reeds ongezeefde daphnia, cvclops etc. krijgen en naarmate de groei vordert ook enchytraeën, tubifex, murggenlarven enz. Dit dus betreffende eierleggende vissen. Jongen van eierlevendbarende vissen zijn in de meeste gevallen al zover, dat we ze al ineens het voer kunnen geven van ontwikkelingsstadium 3. Men geve nooit teveel infusie in één keer. Liever enige malen per dag iets toedienen. Teveel infusie kan zuurstofgebrek veroorzaken, waardoor èn jongbroed èn infusie sterft. Hoe moet de infusie in het aquarium gedaan worden? Heel eenvoudig. Men giet een scheutje water uit de infusiekweekpot in het aquarium, bijv. J4 liter. Gezorgd moet worden, dat dit water dezelfde temperatuur heeft als het aquariumwater, hetgeen eenvoudig te bereiken is door de infusiepot eerst enige tijd in het aquariumwater te laten drijven Mocht er echter toch nog enig temperatuurverschil zijn, dan het voedsel over het gehele water oppervlak verdelen Een plaatselijke sterke afkoeling kan oorzaak zijn van vissterfte. Het infusiewater mag niet te oud zijn, d.w.z. niet ouder dan 4 dagen. Wanneer men dus begint te voederen, maakt men reeds een nieuwe infusie- kweekgelegenheid. Want menig visbroed is bij liefhebbers te gronde gegaan, omdat te oud infusiewater in het aquarium kwam; infusiewater, dat ver giftigd was door overbevolking van gestorven afgietseldiertjes. Behalve infusie, kunnen ook fijn gemaakte enchytraeën dienst doen, hetgeen een uitstekend voedsel is. Vergeten we vooral niet micro-aaltjes, een gewel dig voedzaam voeder, waar de vissen hard van groeien. Een druppeltje ongekookte melk of bloed in het aquarium laten vallen, geeft eveneens voedsel. Gedroogde slablaadjes in het aquarium geven ook resultaten of ook wel een schijfje rauwe aardappel, door middel van een draadje in het aquarium hangen, wekt ook infusoriën op. Elke dag de slablaadjes of aardappel verversen! Een rauw ei met een afgestreken theelepeltje keuken zout en dit goed vermengen met goed heet, bijna kokend water, geeft na afkoeling een prima voer, waarvan enige malen per dag een kleine hoeveel heid gegeven kan worden. Een gekookte boon of erwt een weinig uitknij pen, zodat maar even een witachtig wolkje ontstaat, of het mantelvlees van verse mosselen eveneens uitknijpen op dezelfde wijze, zijn allemaal dingen, die we het jongbroed kunnen voorzetten. Och ja, ervaren kwekers weten wel, er zijn zoveel methoden, maar de beginner heeft aan het hier genoemde zeker al genoeg. Zelf kunnen we zien of de vissen van stadium 2 naar 3 overgaan. Precies is dat niet te zeggen, de ene vissoort groeit harder dan de andere, ook het voeder, zwemruimte, temperatuur en andere factoren hebben invloed op de groei der dieren. 124 (0)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Zeskant | 1955 | | pagina 26