KIJKJE OVER BUURMAN's schutting
Hoe men op nauwelijks zestig kilometer afstand een totaal andere wereld
kan aantreffen, werd ons weer een geïllustreerd door „De Schakel
Blijkens het voetbalverslag kreeg een speler, toen hij naast schoot, het
advies zich tot de paplap ja heus: p-a-p-l-a-p te wenden voor een
nieuwe bril. Wij vragen ons af hoe een benoordenijse paplap bezuiden het
IJ heet. Als die tunnel er ooit komt moeten wij maar eens ter plaatse gaan
kijken
Eveneens zouden wij in Schiedam poolshoogte willen gaan nemen bij de
joggelmachine, waarvoor een schraag werd voorgesteld, een schraag zeggen
wij, maar het was eigenlijk meer een rollende bank. Een rollende bank
voor een joggelmachine. ti kunt het Gusto-nieuws erop naslaan, maar
wendt U eerst tot de paplap voor een nieuwe bril
De al te weinig bezongen dichter van Sliedrecht, Gédégé, wijdt een vers
aan de nieuwe spelling. Wij hebben daar zo onze eigen ideeën over.
Lange ij, griekse y, c, ch en q gingen zo de laan uit. Cijfers werden
„seifers". Verdere voorbeelden: masjienes, arbeitsburo, kommissie, klatur-
gaut, personeelsjef, sreifburo, argiefkast, prakties, eggopeiling, entousjasme,
akwarium. Let wel, dit is niet de „nieuwe spelling, maar „Ieronikus z n
allernieuwste.
Conrad-Stork bijna hadden wij geschreven Konratstork heeft een
heleboel te vertellen over afdelingskasbestuur, bijstandsfonds, kwartaalafre
kening, ontslagaanvrage en -verlening, kortom over het hele systeem van
allerlei op zichzelf ongetwijfeld lofwaardige en nuttige kassen, fondsen en
commissies, die tegenwoordig het werk geven en het werk nemen tot zon
ingewikkelde en ernstige zaak maken. Het is altijd moeilijk om daarbij iets
te vinden, waarop wij de pijlen van onze ironie kunnen richten. Het is
allemaal zo grimmig, ernstig en belangrijk
Bij L.S.Z. een artikel over onze wondere wereld en de moderne techniek.
Aan het slot vraagt de schrijver zich af of de mens met al die mooie
dingen er wel beter aan toe is of dat wij ons strelen met de glans van
wijlen Koning Roboam's koperen schilderen, terwijl een wereldkatastrofe
op komst is. Bij alle glans en schittering van onze atoomtijd wordt het wel
zaak, dat wij ons verstand gaan krijgen. Zoniet, dan maakt het Zonnestelsel
aardig kans om een dubbelster te worden, met onze Aarde als tweede ster.
Ook ernstig was het gezicht van de voorzitter van J. 6 K.'s wandelvereni
ging, dat ons uit de pagina's van het firmanieuws aankeek. Eerst dachten
wij, dat het een politieke meneer was, een revolutionnair, die aan de
Kinderdijk zijn loopbaan begonnen was en in gedachten zagen wij al een
bos vaandels, glanzende laarzen en hoorden wij stoere muziek. Maar het
mocht niet waar zijn en dat was wel zo goed.
124