JW. (LSZ)
PROEFTOCHT EN OVERDRACHT
m.s. „GVARDEIJSK"
(C.O. 2 6 2)
Keurig draaide de zuiger langzaam midden in de langsrichting van de
rivier.
Al spoedig namen een tweetal sleepboten hem daar „aan het lijntje", die
de zuiger daarop vlot langs de wal brachten.
Direct nadat de „HAM 206" voor de wal was gemeerd, werd de afbouw
voortgezet, want LSZ werkt erop aan om deze zuiger op tijd aan ondracht-
gevers af te leveren.
De hoofdafmetingen zijn 50 x 11 x 4 m. De zuigdiepte zal 16 m bedragen.
Deze zuiger wordt voorzien van 2 zandpompen, die elk worden aange
dreven door een „SMIT-BOLNES" dieselmotor van 1250 pk; een water
pomp, aangedreven door een „BOLNES" dieselmotor van 500 pk. De
cutter zal worden aangedreven door een electromotor van 400 pk.
Voorts zal deze zuiger worden uitgerust met 2 hoofdagregaten, elk voor
zien van een „BOLNES" dieselmotor van 150 pk, alsmede van een
„LISTER" havenaggregaat, waarvan de dieselmotor een vermogen van
38 pk heeft.
Als laatste van de serie van vijf voor Rusland gebouwde Viskoelschepen
heeft ook de „Gvardeijsk" zijn proeftocht op 31 maart, 1, 2 en 3 april jl.
tot aller tevredenheid volbracht.
Voor het zover was, zijn er nog heel wat zweetdruppeltjes gelaten. Want
in het betrekkelijk korte tijdsbestek tussen de datum van tewaterlating op
14 oktober jl. en 21 maart '56, de datum, waarop het geheel afgebouwde
schip de van haar peilers genomen brug bij Baanboek passeerde, moest
nog heel wat werk worden verzet.
Op zaterdag 31 maart was het dan zover, dat wij 's middags om vier uur
vanuit de Parkhaven te Rotterdam zouden vertrekken voor de technische
proeftocht
Door de zeer grote drukte in de haven van Rotterdam was het de haven
loods, die ons vanaf de kade tot buiten de havenmonding moest loodsen,
niet mogelijk op tijd aan boord te zijn, zodat we eerst om zes uur konden
vertrekken.
Terwijl in deze tijd de mensen van boord gingen, die nog tot het laatste
ogenblik gewerkt hadden om het schip een zo fraai mogelijk uiterlijk te
geven, lagen intussen de twee sleepboten langszij te steigeren van werklust.
Het heeft ons allen zeer verwonderd, dat men ook een prominent dichter
als Gédégé rustig naar huis liet gaan. Lekkage tijdens de proeftocht be
hoorde toch niet tot de onmogelijkheden en hoe nuttig kan dan een goede
„dichter" niet zijn?
Nagewuifd door vele achterblijvers en na wisseling van de havenloods
voor de binnenloods, wendden we de steven naar het westen, richting
Hoek van Holland.
72