VAN DE LEIDER VAN DE VIERDAAGSE-PLOEG rekenen er vast op, hoor. Tot de jongens en meisjes van de vereniging zeggen we: Proficiat, en het volgende jaar het kroontje of de 3! Ondanks de tegenslag, die we dit jaar hadden, kan ik niet anders zeggen dan dat het moreel prima was. De behulpzaamheid onderling was af. Dames en heren, jullie hebt de naam van onze vereniging hoog gehouden en het volgende jaar rekenen we weer op allen, die dit jaar gestart zijn. Wat de spierpijn en de blaren betreft; we hebben allemaal een portie ge had, al was het ongelijk verdeeld. De een kreeg bijna niets en de ander een heleboel. We hebben het gezamenlijk geklaard, want zelfs de uitval lers hebben htm beste beentje voor gezet om de anderen er door te helpen. Drie namen wil ik noemen. Dingeman en Nico, jullie hebben het zwaarder gehad dan normaal; jullie hebben gedaan wat jullie konden. Daarvoor dank. Onze verzorger Gerrit heeft het heus niet gemakkelijk gehad, maar hij heeft ons prima verzorgd; hartelijk dank. Ten slotte een woord van har telijke dank aan onze Directeur, de heer Conijn, die het mogelijk maakte, dat we naar Nijmegen konden gaan. B. Boomgaards. DAGBOEK Maandag, 23 juli 1956. Als we 's morgens om 9 uur vertrekken naar Nijmegen om de Vierdaagse te gaan lopen, is het prachtig weer en we zijn vol goede moed. We hebben het uiterste gedaan om in een goede con ditie te komen door een behoorlijke training en de voeten zijn tot in de puntjes behandeld. We mogen er dus het beste van verwachten. Om pl.min. 12 uur komen we in Nijmegen aan en onze twee dames, die indivi dueel moeten lopen, gaan zich melden en krijgen de nodige papieren. De leider van de mannengroep gaat ook de nodige formaliteiten vervullen; we kregen nummer 13! De reserve-leider was blijkbaar bijgelovig, want hij had er een zwaar hoofd in, dat we met 13 man zouden lopen en boven dien nog 13 als groepsnummer hadden. In de kosthuizen was het een hartelijk handen schudden en begroeten van oude vrienden van het vorige jaar. We voelden ons direct thuis bij deze mensen, die ons in de komende week zouden bemoederen als eigen kinde ren, niet alleen wat voeding en ligging betreft, maar ook door het tonen van medeleven. Zij gaven een morele steun aan allen, die 's avonds moe en soms een beetje gedeprimeerd thuis kwamen. In de middag zijn we naar de parachutisten gaan kijken. En dan 's avonds de vlaggenparade in het Goffert-stadion; de koude rillingen lopen je over de rug als je daar staat met een delegatie van je vereniging, toegejuicht door duizenden! Dan voel je werkelijk, dat het is: Een voor allen, allen 118 (0)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Zeskant | 1956 | | pagina 20