Hier gaat een spudpaal Een cederboom in de sneeuw
Christenen en de andere helft Mohammedanen zijn. Vanzelfsprekend woont
een zeer groot deel van de bevolking in Beiruth, de hoofdstad van de
Libanon.
Beiruth is een grote stad met een ontzettend druk auto-verkeer en boven
dien mogen de chauffeurs daar zoveel als ze maar willen met de claxon
werken, zodat het lawaai dan ook niet van de lucht is. Het is een stad
met zeer scherpe contrasten, want, hoewel men er zeer veel hypermoderne
auto's ziet, rijdt er ook nog een tram uit het jaar 1910. Soms puilen de
mensen er aan beide kanten uit en aan het achterbalcon ziet men dikwijls
grote manden met groenten hangen. Sommige gebieden van de Libanon
zijn zeker vijftig jaar achter op onze westerse ideeën en het grootste deel
van het transport geschiedt daar nog met ezeltjes, welke aan weerszijden
soms hele vrachten dragen.
Vanaf de „Siete" hadden we een prachtig uitzicht op de bergen, welke
evenwijdig aan de zee door het gehele land lopen. Naar men ons mede
deelde, zijn de hoogste toppen van het gebergte ongeveer 3650 m boven
de zeespiegel. Zij waren met sneeuw bedekt en het was dan cok een
zeldzaam mooi gezicht deze, door de zon beschenen besneeuwde berg
toppen.
De Libanon kent ook zijn wintertijd, welke in het laatste gedeelte van
ons verblijf aanbrak, met veel wind en regen en nu niet bepaald van
die gewone regenbuitjes, maar met zware slagregens.
In de bergen wordt ook de skisport beoefend, want vanuit Tripoli kan
men met de auto in ongeveer \]/2 uur het ski-centrum bereiken. Ook wij
hebben de besneeuwde toppen met zijn wereldberoemde cederbomen be
zocht. Tijdens dit bezoek werden ook ons ski's in huur aangeboden om
deze prachtige sport te beoefenen. Ondanks onze jeugdige overmoed
hebben wij uiteindelijk hiervan toch maar geen gebruik gemaakt, aangezien
wij niet het risico wilden nemen om thuis in eigen kring met een paar
gebroken enkels bij de Kerstboom te zitten.
Tripoli-Libanon ROBODIJ.
November 1956. (Roos en Boogaard - l.H.(2.)
Dijksman-Electro Slikkerveer Rd.)
26