INFECTIE Het loopt op onze scheepswerf en machinefabriek op een maandagmiddag tegen het einde van de werktijd. Jan en Piet zijn samen aan het werk. Jan is bezig met een moersleutel een moer stevig aan te draaien. Plotseling schiet de moersleutel uit en Jan haalt zijn hand aan het werkstuk open; er ontstaat een flinke wond, maar toch niet al te ernstig. Piet: Allemachtig, dat is raak! Gauw joh, direct naar de verbandkamer. Jan: Ben je gek? Dacht je, dat ik met zo iets naar de verbandkamer ging? En dan nog zeker in m'n eigen tijd ook nog nablijven? Mij niet gezien. (Jan bindt een zakdoek om de gewonde hand.) Piet: Doe dat nou niet. Zo kan er gemakkelijk infectie bijkomen. Jan: Kan, kan! De hemel kan ook inzakken en dan hebben we allemaal een blauwe muts! Tabé tot morgen. Veertien dagen later is Piet met Kees aan het werk. Kees: Heb je het al gehoord van Jan? Piet: Ja; hij was m'n maat. Ik heb hem nog gewaarschuwd toen het ge beurde. Ik zei nog tegen hem; Ga nou naar de verbandkamer, want zo kan er infectie bijkomen. Maar niks hoor! 't Had volgens hem niets te betekenen en bovendien ging ie niet naar de verbandkamer in zijn eigen tijd! Dat was er niet bij. Kees: Ja, 't is erg. Hoe oud was ie eigenlijk? Piet: Pas 32 geworden. Zie Kijkje over Buurman's Schatting

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Zeskant | 1957 | | pagina 27