VEILIG WERKEN Er zat dus niets anders op dan die pompen maar te openen en jawel hoor daar zagen we meteen de oorzaak van deze tegenvaller, want de pompen zaten vol met palingen, dikke en dunne, oude en jonge. En toen we bovendien op het stort gingen kijken, lag het daar ook vol palingen. Dat was wat geweest als ons dit in Holland was overkomen, want dan hadden we er heus wel van geprofiteerd, maar nu moesten we' er rustig afblijven, aangezien het meer een staats-visserijbedrijf is en door het per soneel daarvan de palingen werden weggehaald. Maar nu moesten we toch iets doen om weer zo'n palingvangst te voorkomen. Wij hebben toen de zuiger zodanig geballast dat we onder de waterlijn, die nu ruim voldoende boven water was, een nieuw gat konden bran den en daarin een fijn rooster aangebracht. Zodoende ontstond een nieuwe en tevens betere koelwater-inlaat, waarop de koelwaterleidingen werden aangesloten en daarna hebben we er voor gezorgd, dat alles prima in orde was en de zuiger weer volkomen recht lag. Bij de daarop volgende beproeving hebben we van palingen en verdere ongerechtigheden geen last meer gehad, ook niet door de zandpomp en de drijvende leiding, waarschijnlijk ook doordat de meeste palingen een rustiger plaats in het Meer hadden uitgekozen. Tijdens deze beproevingen maar ook nog enige tijd daarna hadden wij het personeel van de zuiger volledig met de installatie vertrouwd gemaakt en aangezien het geheel volkomen aan de verwachtingen voldeed, kon ook deze zuiger weer tot volle tevredenheid van de opdrachtgevers opgele verd worden. Hiermede had Verschure weer een goed baggervaartuig aan een buiten landse firma geleverd, waarmede tot op heden nog gewerkt wordt en dat de naam van Verschure ongetwijfeld alle eer heeft aangedaan, J. Stammes (gepens. v. Verschure) Hoe kon ik toch zo ondoordacht te werk gaan Het kan je gebeuren dat je 's zomers bij een stralende hemel in de vrije natuur met je vrouw of je meisje een wandeling of een fietstocht maakt, en dat er onverwachts iets op je hoofd komt vallen. We strijken met onze hand door onze haren en voelen iets nats, kijken in onze hand en weten dan al gauw wat het is geweest en zeggen: ,,Hè, bah!" „Ach jöh", zegt je vrouw of meisje, „dat is niets, dat brengt geluk aan". Nu gebeurde het kortgeleden op een der scheepswerven in het Westen van ons land, dat één der werklieden, laten we hem maar Jan noemen, ook onverwachts „iets" op z'n hoofd kreeg. Hij greep ook direct naar het hoofd en voelde ook al gauw wat er aan de hand was. Heel veel bloed uit een diepe snijwond en een snerpende hoofdpijn. Ondersteund door enige collega's werd Jan weggebracht naar de verband- kamer, waar de verbandmeester zich direct over hem ontfermde en ijlings de dokter waarschuwde, die onmiddellijk alles in het werk stelde om de hevige bloeding te stuiten. De ziekenauto kwam voorrijden waarmee onze Jan werd vervoerd om in het ziekenhuis te worden behandeld waar de wond met verscheidene krammen werd gehecht en bloedtransfusie werd toegepast. Jan is er wonder boven wonder goed afgekomen. Verscheidene weken moest hij zijn werkzaamheden staken, nadat hij eerst enige weken in het Ziekenhuis werd verpleegd. 141

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Zeskant | 1957 | | pagina 5