Deze methode was echter niet geheel zuiver, immers, het plankje bleef ten opzichte van het water niet geheel in rust, maar werd natuurlijk enigszins meegetrokken. Door ervaring en vele malen uitgeoefende controle had men een zekere correctie gevonden, en het staat vast, dat de vroegere zeevaarders er zeer goed mee overweg konden. In de latere tijd, en vooral tegenwoordig, bepaalt men de juiste snelheid van schepen door middel van diverse soorten instrumenten, meestal elec- trische (electrische log), welke de snelheid van een schip op ieder gewenst ogenblik in zeemijlen per uur aangeven en direct afleesbaar zijn op de brug en op andere plaatsen waar men dit nodig acht. Wanneer men bij beproevingen van schepen de snelheid wenst te contro leren maakt men in Nederland gebruik van de gemeten mijl bij Texel of Wissekerke. Hiervoor heeft men op de kust twee punten aangegeven, waartussen de afstand precies een mijl is. Door de tijd te meten, die men nodig heeft om deze mijl af te leggen kan men eenvoudig de snelheid bepalen. De snelheden van de verschillende soorten schepen liggen ver uiteen, zo vindt men bijvoorbeeld onderstaande gegevens welke natuurlijk slechts een gemiddeld beeld geven, nl.: Vrachtschepen: 11 tot 16 knopen; Tankschepen: 11 tot 14 knopen; Passagiersschepen: 16 tot 30 knopen; Kruisers: 28 tot 40 knopen; Torpedobootjagers: 35 tot 45 knopen. C. Haan (Verschure) In december 1954 boekte de I.H.C. een belangrijke opdracht in de vorm van een Cutter- tevens Bakkenzuiger, welke onder C.O. 346 gebouwd werd door onze vennoot L. Smit Zoon. In het Zeskant van november 1957 hebt U kunnen lezen, dat deze zuiger, de „H.A.M. 206", naar Venezuela versleept is en daar belangrijk werk verricht in het havengebied van Puerto Cabello. De goede resultaten, die blijkbaar met dit werktuig bereikt zijn, hebben de baggeronderneming doen besluiten een tweede zuiger te bestellen van dezelfde capaciteit en afmetingen en het stemt tot verheugenis, dat de I.H.C. deze opdracht werd toevertrouwd. De bouw van de zuiger, die „H.A.M. 207" genoemd zal worden, zal plaats hebben op de werf van onze vennoot „De Klop", onder C.O. 386. Uit de gepubliceerde foto's van de „H.A.M. 206" hebt U wel reeds kunnen zien, dat we hier met een flinke zuiger te doen hebben, hetgeen ook blijkt uit het hierbij afgedrukte algemeen plan, de hoofdafmetingen 50,x 11,x 4,m en een diam. van de persleiding van 650 mm. Het schip wordt van geheel gelaste constructie met langsspanten en ge bouwd onder de hoogste klasse van Bureau Veritas. Rondom het casco wordt een berghout gelast van 16 mm staalplaat. Aan SB zijde echter wordt een wegneembaar zwaar grenen berghout aangebracht voor gebruik bij het bakkenzuigen. De zuigbaas krijgt een zeer ruim uitzicht vanuit het bedieningshuis, dat op de ladderhijsbok geplaatst wordt. 21

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Zeskant | 1958 | | pagina 21