verliep. Aan de Parkkade werden de gasten ontscheept en het schip ging
terug naar de werf; de eerste proefvaartdag was ten einde.
Vrijdag 28 februari vertrokken we al weer vroeg voor de voortzetting der
beproeving op zee. Na het inschepen der gasten aan de Parkkade pas
seerden we om kwart voor elf het Noorderhoofd, waar een praktisch olie-
gladde zee op ons lag te wachten. De loggen werden buiten boord gevierd
en de snelheidsmetingen konden beginnen.
Hoewel de zee glad was, zag ons kleine scheepje nog wel kans om aan
het slingeren te komen en buiswater over te nemen. Dit had tot gevolg,
dat je met een bord eten van het kombuis hard lopend naar het achterdek
moest zien te komen, anders werd het eten door het water nog eens extra
gezouten, wat ook aan verschillende inwoners is overkomen. Het eten
smaakte er echter niet minder om.
De snelheidsmetingen leverden goede resultaten op, \V/i knoop; bij de
laatste meting liet de logvin ons in de steek; hij bleef op de zeebodem
achter.
Gedurende deze metingen werd het zicht steeds minder door een allengs
dikker wordende mist. We bleven dan ook maar een beetje in de buurt
van de uiterton.
Maar mist of geen mist, we moesten weer naar huis, en dat door dikke
mist! En zo hebben we ons letterlijk naar binnen laten praten door de
radardienst, de hele Nieuwe Waterweg langs; we hebben dit met bijzon
der grote belangstelling gevolgd en alles verliep even perfect alsof het
helder dag was.
In Rotterdam hebben we vlug de gasten ontscheept; het schip ging meteen
door naar de werf.
De geslaagde proefvaart was voltooid zonder enig bijzonder voorval.
Daags daarna zijn door de Egyptische inspectie, Gebr. Wijsmuller en
eigen mensen nog allerlei onmisbare en nuttige zaken verricht zowel aan
boord, als in de douanekantoren: de welbekende rompslomp welke „uit
klaren" heet. Toen ook dat klaar was, floot de „MORGAN" een lustig
„Goeie Morgen". En toen pas tekende de Havenmeester een zeer belang
rijk papier: dat de „MORGAN" waarlijk weg was.
Sindsdien is de „MORGAN" in Port-Said aangekomen en heeft er zijn
dienst aangevangen.
Dorr. (L.S.Z.)
40
