TEWATERLATING „H.A.M. 207"
Fier wapperden de vlaggen in de straffe zuidenwind, toen op donder
dag 5 maart jl. de cutter- en bakkenzuiger H.A.M. 207 (C.O. 386)
gereed gemaakt werd voor de eerste kennismaking met het water van
de Merwede.
Omstreeks twee uur arri
veerden de genodigden,
nl. directie en commissa
rissen en stafleden van de
Hollandsche Aanneming
Maatschappij N.V., die
door de directie van onze
vennoot „DE KLOP" in
de speciaal voor dit doel
ingerichte kantine werden
ontvangen. Allengs werd
het drukker op de werf
en we ontwaarden o.m.
het voltallige personeel
van de werkplaatsen van de H.A.M. te Sliedrecht.
Tegen half drie legden de boten van Rijkswaterstaat en Rijkspolitie
het scheepvaartverkeer stil en het vóór het schip opgestelde podium
vulde zich met gasten.
Na het sein van Rijkswaterstaat, dat de rivier vrij van obstakels was,
werden de keggen verwijderd en hanteerde Mevr. Nobel-Duyfjes op
charmante wijze de champagnefles. Nauwelijks was de fles tegen het
voorschip vergruizeld, of er kwam beweging in het gevaarte. Steeds
sneller ging het, tot het water werd bereikt, waardoor de zuiger krachtig
in zijn vaart werd geremd. Geholpen door de in dwarsrichting over de
rivier staande wind, was de vaart spoedig uit het casco verdwenen. Twee
sleepboten namen de zuiger aan hun trossen en spoedig lag hij veilig
in de werfhaven om verder te worden afgebouwd.
Na de tewaterlating verzamelden directie en genodigden zich in de
kantine, waar allereerst
de heer H. den Ouden
een woord van welkom
sprak en dankte voor de
belangstelling. Een spe
ciaal woord van dank
richtte hij tot Mevr.
Nobel-Duyfjes voor de
charmante wijze, waarop
zij de tewaterlating ver
richtte. Hij betuigde zijn
spijt over de absentie we
gens ziekte van de heer
49