„MAXWELL" PROEFVAART HOPPER- ZUIGER CO. 380 De zuigbaas van I.H.C., de heer Bogaard, zit gemoedelijk, zoals altijd, boven in het bestuurdershuis op de cutterbok. „Een mooi schip, mijn heer, daar kan I.H.C. mee voor de dag komen en het gaat reusachtig". Overal is het personeel op z'n post, bij de motoren, bij de pompen, bij de centrale lier, op het dek. Ieder weet waar het om gaat, wat er van hem verlangd wordt en wat hij in de gaten moet houden. Verder zijn er de mensen van de tekenkamers, die hun metingen verrichten, van de pompen, de dieselmotoren, de elektrische apparatuur, de verhaal- snelheden, enz. Daar tussendoor bewegen zich de gasten en de gedele geerden van Conrad-Stork, De Klop, Verschure Co., L. Smit Zn. Ze kijken hier eens, neuzen daar eens, maken soms een enkele op merking. De toezichthoudende ingenieurs van onze Italiaanse opdrachtgever hou den een oogje in het zeil, maar er valt niet veel te controleren, want alles loopt op rolletjes en als in de namiddag de heren van I.H.C. zich verzamelen in de messroom om hun kritiek te leveren, is er, behoudens enige kleine opmerkingen, alle lof voor dit schip. Het is solide, krachtig en bovenal een ruim schip, zowel in de motorkamer als op dek. Moge dit schip er ook weer toe bijdragen om de naam van de Hollandse baggerwerktuigen in het algemeen en van I.H.C. Holland in het bijzon der hoog te houden. H. (JKS) Maandag, 11 mei 1959, vertrok de „Maxwell" naar Lekkerkerk om daar op dinsdag met de baggerproeven te beginnen. Die dag kwamen daar dan ook de technici van Werf Gusto en van het Belgische Minis terie voor de Congo aan boord. Al spoedig werd met de baggerproeven een aanvang gemaakt. Deze proeven verliepen tot ieders tevredenheid. 68

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Zeskant | 1959 | | pagina 4