de menu's zag samenstellen. Op een gedekt blaadje bracht hij des morgens een kopje melk, een boterham met pindakaas, een aardappel van de vorige dag en een plukje tabak naar het balkon. Toen hij kwam vragen of ik een teil water naar buiten wilde brengen, omdat hij het nodig oordeelde zijn pleegzoon te wassen, besloot ik in te grijpen. „Het gebeurt niet", zei ik vastberaden. „Dat beest wordt verkouden. En bovendien eet een konijn geen tabak en aardappelen, maar brood en koolblaadjes." „Maar hij vind het lekker", protesteerde hij. Ik sprak er over met mijn vrouw, maar die voorspelde dat de mop er gauw af zou zijn en dat ik dan verder de zorg over de ram op mijn smalle schouders zou kunnen nemen. En wat dat eten betreft, was ze van oordeel dat het dier heus niets zou opeten, waar het geen zin in had. Ze kreeg gelijk. Er kwamen nieuwe en belangrijker dingen in zijn leventje en de aandacht voor het konijn verslapte. Maar wel bleef hij met een verbluffend gevoel voor variatie de diners samenstellen. Met groeiende onrust zag ik in de loop van enkele dagen chocolaadjes, benen knopen, sigarettenpeukjes en zelfs eenmaal een half flesje Livorno naar het balkon verdwijnen. Toen ik me na een week vermande en naar buiten ging om de door het strenge dieet aangerichte schade op te nemen, kon ik mijn ogen niet geloven. Want op het stro lag tevreden uitgestrekt de witte ram, met een omvang, die iedere fantasie tartte. „Er is een pluimveetentoonstelling in Beverwijk", zei mijn vrouw na denkend, nadat ze mijn bevindingen had aangehoord. „Daar moet hij naar toe", vond ik enthousiast en nadat ik toestemming had gekregen van de eigenaar, schreef ik op een label „ram" met daar onder naam en adres van de „houder". Nog diezelfde middag brachten we hem samen achter op de fiets weg. Een week later werd hij in een slagersmand teruggebracht. Nog groter, nog vadsiger. Maar er was een bronzen medaille bij en een oorkonde, waarop in krullende letters ge schreven stond dat RAM, wit, houder met daarachter naam en adres ingevuld, op de pluimveetentoonstelling te Beverwijk was bekroond en tevens winnaar was geworden van de bronzen medaille. We zetten hem plechtig weer in het hok, waar hij terstond begon te knabbelen aan een Old Mac, die zijn baas hem gul toestak. Des avonds moest ik de oorkonde, die boven zijn bed hing, voorlezen tot hij bij de achtste keer met een gelukkige glimlach in slaap viel. Maar de volgende morgen werd ik voor dag en dauw gewekt door zijn snerpende vreugdekreten en toen ik naar het balkon snelde om de oor zaak van zijn uitbundigheid op te sporen, vond ik hem gillend en dan send voor het hok. De ram lag als steeds tevreden uitgestrekt op het stro, maar naast hem lagen, half verscholen onder de sprieten, zes kleine naakte konijntjes Ik heb hem maar niet verteld hoe bijzonder deze bekroonde „ram" wel was, uit vrees voor ongepaste afgoderij. C.S.W.V. 82 Vervolg Algemeen Gedeelte op Pagina 83

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Zeskant | 1959 | | pagina 6