M.S. „CASTOR" GING TE WATER Het vrachtschip, dat door onze vennoot Werf Gusto wordt gebouwd voor de Sociedad Transoceanica Canopus S.A. te Panama-City, is op 26 april 1960 te water gelaten. De dag van dit feestelijk gebeuren begon met een trieste motregen, die weinig goeds beloofde. Maar tegen de middag klaarde het weer op en brak de zon door de wolken. En toen Gusto's Muziekgezelschap even voor vijf uur bij het met planten en vlaggedoek versierde podium aantrad was de achtergrond voor een tewaterlating zo goed als men zich maar kon wensen: wapperende vlaggen, vrolijke muziek en heldere zonneschijn. De meer dan honderd genodigden, die in het kantoorgebouw bijeen waren gekomen, begaven zich om vijf uur naar de tribune. Terwijl het podium zich met gasten vult wordt er onder het schip nog hard gewerkt. De zware hamerslagen, waarmede de keggen onder het schip worden verwijderd, galmen over de werf en overstemmen zo nu en dan de muziek. Dan is alles voor de tewaterlating gereed. Op het podium treedt Mevrouw G. M. Klaasse-Bindemann naar voren. Zij geeft het schip de naam Castor en laat de champagne over de boeg vloeien. Gelijk tijdig valt de klink en het schip glijdt van de helling, zijn element tegemoet. Geloei van sirenes en stoomfluiten begeleidt het schip op zijn weg naar het water. Gusto's Muziekgezelschap speelt het Griekse en het Nederlandse volkslied. Weer valt het ons op, dat tal van toeschouwers zich van het spelen van de volksliederen niets aantrekken en naar de waterkant snellen, om 61

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Zeskant | 1960 | | pagina 25