VERGADERING VAN DE IDEEENCOMMISSIE, GEHOUDEN 22 JANUARI 1962 en Italië en Nederland hadden ook hun gebieden overzee (Nederlands Nieuw Guinea). Een fonds werd opge richt waaruit de Europese Gemeenschap zou putten om projecten overzee te financieren. Dat fonds bestaat nog steeds, en regelmatig wordt bekend gemaakt dat met dat geld een ziekenhuis of een school wordt gebouwd, een haven verbeterd of een weg wordt aangelegd, meestal ergens in Afrika. In totaal is voor die projecten meer dan 580 miljoen dollar beschikbaar tot eind 1962. Dan heeft het fonds vijf jaar gewerkt en dat is de periode die voor het besteden van het geld was bepaald. Daarna zal men opnieuw een fonds moeten vormen en er zijn nog andere maatregelen in voorbereiding om de economische en sociale ontwikkeling in Afrika te steunen. Maar het gebeurt op een andere voet dan een paar jaar geleden. Toen het E.E.G.-Verdrag begon te werken beslisten de regeringen van onze zes landen dat de ge bieden overzee met de Europese Gemeenschap moesten worden verbonden. Die band blijkt ondermeer uit het werk van het Europese Ontwikkelingsfonds. Maar lang voor het aflopen van de termijn van vijf jaren, die voor het Fonds zijn voorzien, zijn de meeste Afrikaanse gebieden onafhankelijk geworden. Het is nu met meer mogelijk onze Europese regeringen te laten beslissen over de band die Afrikaanse landen al of niet met Europa zouden moeten handhaven. Toch is het van belang dat die band Europa-Afrika niet wordt verbroken. Europa krijgt uit Afrika veel onontbeerlijke goederen, vooral produkten van tropische landbouw. En Afrika kan de samenwerking met Europa goed gebruiken voor zijn ontwikkeling. Het is dus maar gelukkig dat de meeste nieuwe, onafhankelijke Afrikaanse landen te kennen hebben gegeven dat ze met de Europese Gemeenschap willen blijven samenwerken. Zeker zolang het Ontwikkelingsfonds werkt willen ze daaruit de toegedachte be dragen hebben. Na 1962 zal de samenwerking door onderlinge Europees-Afrikaanse afspraken moeten worden geregeld. Over leg tussen de Europese Gemeenschap en de landen overzee is nu al in volle gang. Groepen afgevaardigden uit het Europese Parlement hebben Afrikaanse landen bezocht, Afrikaanse parlementsleden hebben samen met het voltallige Europese Parlement vergaderd in Straatsburg, en de besprekingen worden voortgezet tussen de minis ters uit Europa en Afrika. De Engelssprekende landen in Afrika hebben bij contact met Europa ook belang. Zij leveren immers ook tropische landbouwprodukten, net als de Franssprekende Afrikaanse landen, en ook hebben de Engelssprekende Afrikaanse landen voordeel bij ontwikkelingshulp uit Europa. Toch heeft de ene groep landen, doordat het Ontwikkelingsfonds al een paar jaar werkt, wel banden met de Europese Gemeenschap, en de andere groep niet. Die andere aroep is meer op Groot-Brittannië georiënteerd. Er is eens gesproken over een verdeeldheid die daardoor in Afrika zou ontstaan. Maar wellicht dat met de Britse toenadering tot de Europese Gemeenschap ook in Afrika het onderscheid tussen wel en niet met de E.E.G. verbonden landen wat minder groot zal worden. Zo blijkt tot in Afrika toe van wat een grote betekenis de betrekkingen met Groot-Brittannië zijn. Door aan sluiting van Groot-Brittannië bij de Europese Gemeenschap kan het beeld van de Westelijke wereld veranderen en ook het beeld van Afrika. Dit is het laatste hoofdstuk in de serie „Het schoolboek aangevuld". Het complete verhaal verschijnt in druk. Exemplaren van die brochure worden toegestuurd na ontvangst van bericht bij de Voorlichtingsdienst van de Europese Gemeenschappen Mauritskade 39 Den Haag Idee no. 9. D. v. d. Beek. Het aanbrengen van een uitschuifbare burry aan de platenwagen voor vervoer van lange platen. Het vervoer van bijzonder lange platen komt slechts sporadisch voor en het daarvoor treffen van speciale voorzieningen is te kostbaar. Aanmoedigingspremie: 5, Idee no. 13. H. Semeijn. Het opgeven van de bouw- lengte van afsluiters. Dit idee kan niet steeds worden toegepast omdat er veelal afwijkingen voorkomen. Niet temin kan er een belangrijke verbetering mee worden verkregen. Premie: 40, Idee no. 14. A. A. Pelgrim. Het mechanisch vast zetten van schroefbouten. Dit idee levert een besparing van arbeidstijd op. Premie: 25, Idee no. 15. C. H. Knook. Het gebruiken van een spanschroef in plaats van een pullift. Dit idee kan wor den toegepast op plaatsen, die met een pullift moeilijk bereikbaar zijn en geeft dan een gunstig resultaat. Premie: 25, 10 (0)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Zeskant | 1962 | | pagina 6