De fabriek zegt A
De knutselaar B
Alles staat op een grote tafel,
maar wie er een tijdje naar
kijkt ziet dat niet meer. Al gauw
gaat het tafereel leven zoals het
dat doet voor de eigenaar en
bouwer van het geheel; de heer
Th. Bonn. Het wordt een spoor
wegnet in een berglandschap,
waarin de treinen af en aan rij
den, terwijl de bewoners van de
rondom liggende dorpjes hun
dagelijkse arbeid doen. De heer
Bonn heeft zijn dagelijkse ar
beid op de tekenkamer, afd. in
bouw van onze vennoot Ver-
schure. Maar 's avonds en tij
dens de weekeinden werkt hij
aan de verdere opbouw van het
spoorwegnet met toebehoren.
Hij doet dat al ruim vier jaar
en nog lang niet is het plan van
de heer Bonn uitgewerkt. Het
gaat bij stukjes en beetjes, want
het is geen goedkope hobby en
voor ieder onderdeel moet wor
den gespaard. Maar wat intus
sen staat en rijdt op die
tafel in een bovenkamer van
zijn huis is het aanzien al ruim
schoots waard. Hier staat een
stuk werk, waaraan met even
veel enthousiasme als vakken
nis is geknutseld, in de beste be
tekenis van het woord. De heer
Bonn zelf echter zal niet tevre
den zijn voordat het allemaal
klaar is. Dat kan nog een paar
jaar duren.
Fantasie via model
Het spoorwegnet en de belen
dende dorpjes worden gemaakt
op basis van Marklin en Faller
modellen, maar de heer Bonn
stelt er een eer in, zich niet aan
deze modellen te houden. Liever
brengt hij er het element van eigen
fantasie in en gebruikt hij de aan
wijzingen van de fabriek als
vage aanduidingen, waarop hij
zelf verder bouwt. Het is be
paald een prestatie, dat hij daar
bij niet alleen een geheel samen
stelt dat er aardig uitziet, maar
dat hij bovendien steeds weer
de elektrische eindjes zodanig
„aan elkaar weet te knopen",
dat alles klopt. Daarbij komt
heel wat kijken. Wie de treinen
in en uit de tunnels ziet duiken,
seinlampen en knipperlichten
voor onbewaakte overwegen
precies op tijd aan en uit ziet
gaan, wagons ziet aan en afkop
pelen op het gewenste moment
en nooit ongelukken ziet ge
beuren, kan ongeveer nagaan
dat hiervoor veel organisatori
sche arbeid nodig is geweest. En
het gaat de onschuldige toe
schouwer helemaal duizelen,
wanneer hij even ónder de ta
fel kijkt en daar de draden van
de elektrische leidingen bij tien
tallen ziet kronkelen als een
wild gewas.
Het is een mooi voorbeeld van
hetgeen met elektrische treinen
kan worden gedaan zodra je er
meer uit weet te halen dan de
ontwerper in de fabriek, die in
eerste instantie alleen aan het j
maken van „speelgoed" heeft
gedacht. Dit is bepaald geen
speelgoed meer. De heer Bonn
heeft er een hobby van gemaakt,
die voldoet aan de hoogste eisen
die de hobbycode kan stellen.
En de kinderen kunnen er mee
rijden.
68
i*»ie_
(2
L/"V=-y-r
-^rvrb