SAMENWERKING
IN I.H.C. HOLLAND
ÈÊÈËt
Research is doorgaans een aanval op de toe
komst en de I.H.C.-vennoten zijn op dit gebied
voortdurend in de aanval, omdat het offensief
meestal de beste verdediging is.
Tijdens de oorlog gaf de B.B.C. vele berichten
door over grote aantallen schepen, die dank zij
nieuwe bouwmethoden en -technieken slechts
zeer kort op stapel hadden gestaan en die in de
vaart uitstekend voldeden. Er was kennelijk in
de vrije wereld iets nieuws gaande op het gebied
van de scheepsbouw en de Nederlandse scheeps
bouwers beseften heel goed, dat zij zich na de
oorlog die nieuwe technieken zo spoedige mo
gelijk eigen zouden moeten maken. Maar nie
mand wist, hoeveel investeringen en hoeveel on
voorziene risico's dat zou vergen. Het stond de
meeste scheepsbouwers echter heel helder voor
de geest, dat er vele onderzoekingen zouden
moeten worden verricht en sommigen van hen
was het ook al duidelijk, dat die onderzoekin
gen wellicht beter in gezamenlijk verband kon
den worden ondernomen.
Nu bracht de oorlog thans dit ene geringe voor
deel, dat er tijd te over was voor bespre
kingen en als gevolg van die besprekingen be
sloten zes scheepswerven te gaan samenwerken.
Het waren bedrijven van ongeveer dezelfde al-
lure en met ook ongeveer hetzelfde produktie-
programma.
Het is waar, dat ieder bedrijf daarmee een ze
kere mate van zelfstandigheid verloor en dus
niet langer een volledig zelfstandig leven kon
blijven voeren, maar al te straf mag men de sa
mensmelting toch ook weer niet zien. Daarom
koos men de vorm van een vennootschap onder
firma.
Het doel was: direct na de oorlog de technische
achterstand inhalen en de nieuwe risico's geza
menlijk dragen. Voor deze beslissing was grote
fantasie, gepaard aan nuchtere werkelijkheids
zin nodig; eigenschappen, die op deze zes wer
ven al vele jaren het produktie-programma had
den bepaald.
Zij hebben thans hun technische kennis en er
varing geheel gebundeld, niet slechts in een la
boratorium te Delft, maar ook in vele techni
sche commissie's. Bovendien is er een gezamen
lijk beleid op het gebied van exportbevordering,
fabricage, inkoop, calculatie, normalisatie enz.
Het is reeds dikwijls gebleken, dat de klant de
eerste is, die profiteert van deze bundeling, niet
alleen door de gezamenlijke technische kennis
der zes vennoten, maar ook omdat door nor
malisatie een snellere en doelmatiger produktie
mogelijk is.
De tendens tot concentratie is tegenwoordig in
de meest uiteenlopende bedrijven zeer duidelijk
te zien. Nu automobiel-industrieën, bedrijven
werkend op het gebied der elektronica en de
chemie zich aaneensluiten tot gigantische onder
nemingen, wordt dit wel eens als iets beangsti
gends gevoeld.
Wat I.H.C. Holland betreft: de daarin aaneen
gesloten bedrijven mogen dan wel een forse
onderneming vormen, maar elk bedrijf heeft nog
steeds zijn eigen autonomie, zijn eigen werk
sfeer en zijn eigen leiding. Men kan dit zonder
meer zien als een gezonde situatie.
Over de wijze, waarop in I.H.C. Holland wordt
samengewerkt, hopen wij onze lezers in de vol
gende nummers van Het Zeskant wat meer te
vertellen.
Kg«008009^
I.H.C.-directeuren in vergadering
Het I.H.C.-kantoor in Den Haag
CONRaD-STÖRI
GUSTO
5