„Roerstroom in 't grint"
De haven van Roermond aan de Maas is uit
gebreid met twee havenarmen, elk 500 m lang
en 85 m breed. Eerst werd 2 tot 3lA m klei
droog afgegraven, daarna kon men met het
baggeren beginnen. De grondsoort stelde de
aannemingsmaatschappij, die het werk uitvoer
de, voor een merkwaardige situatie. De bodem
is namelijk zo rijk aan grint, dat men het bag-
gerwerk kon combineren met grintwinning. De
eerste havenarm werd geheel uitgebaggerd door
een grintbaggermolen met sorteerinrichting. De
tweede arm, die tot een diepte van 7 m moest
worden uitgebaggerd, bevatte echter minder
grint. Men zag hier af van grintwinning en be
sloot de grond op een naastliggend industrie
terrein te brengen. Nu de rol van de grintbag
germolen was uitgespeeld, zag de aannemer uit
naar lichter materieel, dat in de toch nog heel
wat steen bevattende grond een grotere pro-
duktie zou kunnen behalen. De keuze viel op
een I.H.C. Beaver van het type King, die voor
dit werk werd uitgerust met een 4-vaks rooster
voor de zuigmond om de grootste stenen tegen
te houden.
De zuiger, die de naam Roerstroom kreeg,
werd gebouwd bij Conrad-Stork en varend naar
Roermond gesleept. Voor het eerst ging een
I.H.C. Beaver-zuiger een grote hoeveelheid
grint verpompen.
Al spoedig bleek, dat de Roerstroom zich ook
in deze zware grond uitstekend thuis voelde.
Het werk kwam op tijd gereed, en men con
stateerde naderhand, dat nauwelijks enige slij
tage aan de zuiger was opgetreden.
Op dit werk heeft men weer kunnen zien, dat
de I.H.C.-Beaver ook gebruikt kan worden voor
bijzondere baggerwerkzaamheden.