Naar de
Brabantse
Westhoek
Een nevel, die alle kleuren verdoezelt en alles
grauw en kleurloos maakt, hangt over de Bra
bantse Westhoek. Het is februari.
De akkers zijn "besteld"; omgeploegd in een
regelmatig patroon ligt het land te wachten op
het komende voorjaar.
De boeren zijn bezig met het winterwerk rond
de boerderij, zoals het hakken en snoeien in de
boomgaard, het kantrechten van de sloten en het
repareren van hekken, schuren en hokken.
Op zo'n winterse dag kan het ver van de drukke
verkeerswegen en het stadse gewoel heerlijk rus
tig zijn.
Hier en daar enkele schapen of een eenzame
pony, die in de winterse kou hun maal nog bui
ten vinden.
Een plotseling laag over de weg vliegende fa
zanthaan verleent een bijzondere bekoring aan
dit boeiende landschap. Wijde akkers, bosjes, be-
boomde dijken en fraaie oude boerderijen en be
huizingen.
Door deze mooie streek voert de weg naar de
Volkeraksluizen.
Over Klundert gaan we naar Zwingelspaan, waar
op het bord bij de gemeentegrens te lezen is, dat
liet behoort tot de Gemeente Fijnaart en Heijnin-
gen. Het volgende gehucht, Oude Molen, wordt
aangegeven met; "Gemeente Fijnaart/Heijnin-
gen Gemeente Willemstad!
Vlak voor het oude vestingstadje Willemstad,
in 1583 op last van de Stadhouder aangelegd,
gaat een weg naar geweldige waterbouwkundige
werken van onze tijd.
De bouw van genoemde sluizen is reeds ver ge
vorderd. De twee sluizen, 350 meter lang en 24
meter breed, zijn zo goed als klaar. De omrin
gende dijk van de bouwput is al doorgebaggerd
en thans wordt gewerkt in een nieuwe bouwput
naast de twee sluizen, waar, indien het scheep
vaartverkeer dat noodzakelijk maakt, later een
derde sluis gebouwd zal worden.
Voorlopig worden er de betonnen caissons ver
vaardigd, die de ruggegraat zullen vormen van
de dijk tussen de sluizen en het Hellegatsplein.
Het viaduct, dat de sluizen overbrugt, is vrijwel
voltooid.
Vrijdag 4 en zaterdag 5 februari zijn de laatste
vier sluisdeuren ingehangen en twee reservedeu
ren op de wal gelegd. Werf Gusto te Slikkerveer
heeft alle 26 deuren voor de Volkeraksluizen
gebouwd.
De heer J. M. van der Es, Chef van de Afdeling
Montage, gaf daarbij een overzicht van de pro
blemen bij de bouw en het plaatsen van de deu
ren.
In het kort komt het op het volgende neer;
"Aan de sluitzijde van de deuren zitten de "voor
harren", dat wil zeggen de hardhouten pakking-
randen. Deze zijn van azobé-hout en hebben een
doorsnede van ongeveer 30 bij 40 cm. Azobé is
een harde Afrikaanse houtsoort, die goed be
stand is tegen lang verblijf in het water.
In de sluisvloer is een drempel van 60 cm
hoog, waartegen de deuren nauwkeurig sluiten.
In het beton is een bronzen strip gemonteerd en
tegen de deur een eikehouten aanslagbalk.
Sluiten de deuren aan de onderdrempel goed af,
dan kunnen de voorharren nog openstaan; slui
ten de voorharren goed af, dan is het mogelijk,
vervolg pag. 40
jt<azï
A(
„.-gel»!—— '66- Ju
39