MET 75 TON 'HUMBER' OP STAP Als we klaar zijn worden we uitgenodigd voor de warme maaltijd aan boord. Het smaakt voortreffelijk, ook al is het menu op Engelse leest geschoeid. De bemanning be staat voor de helft uit Nederlanders, de an dere helft zijn Engelsen. De „toolpushers" zijn Amerikanen, die meer ervaring op dit gebied hebben, getuige hun activiteiten in de Golf van Mexico. Tegen acht uur dalen we af naar het dek van de Smit Lloyd 15. Koers pal Zuid, naar het booreiland Transocean I, waar we ook op de heenweg een „tussenlanding" hebben gemaakt. Nu is de zee rustig, in tegenstelling tot de vorige avond, toen we uit Rotterdam ver trokken. Enkele passagiers moesten toen wel aan lijzijde de reling opzoeken. Het is tegen middernacht als we bij de zespo tige Transocean I aankomen. Evenals de Sedneth 11 boort dit eiland in opdracht van de Nederlandse Aardolie Maatschappij (N.A.M.) Dit is in blok L 13, op 20 mijl van Den Helder in ongeveer 30 m waterdiepte. Het is een boeiend schouwspel. Midden in die oneindig lijkende zee staat een fabriek op poten, vol met lichtjes, bruisend van ac tiviteit, op zoek naar het „goud onder de golven". En toch is de gedachte over dit beeld ook geruststellend. Want hoe we ook onder de indruk kunnen komen van de ge weldige afmetingen van de booreilanden van vandaag, toch is de zichtbare activiteit slechts het boren van een gat in de bodem van de zee. Een zee die zo uitgestrekt is, dat zelfs die boorstang van 3000 meter daar bij in het niet verdwijnt. Die nacht blijven we bij de Transocean I voor anker. Tegen zes uur begint het laden en lossen. Als we om 12 uur koers zetten naar Rotterdam is het grote dek van de Smit Lloyd 15 geheel geladen met materia len die terug gaan naar de wal. Op de Wa terweg ontmoeten we de Smit Lloyd 16, die op weg is naar het doel waar wij net vandaan komen. De bevoorradingsschepen hebben een continudienst op de booreilan den. Zij zorgen er voor dat de fabrieken- op-poten kunnen draaien. Op zoek naar energie voor de mensheid van morgen. 1. De eerste „zeereis" van 75 ton „Humber" 2. Voorbereidingen voor de klus 3. Los van de bak 4. Dicht bij het doel 5. Alles oké; en nu maar lassen Nog voordat de achtersectie van de sleep- zuiger Humber zijn bestemming had bereikt, maakte het 75 ton zware scheepsstuk een reis door de Rotterdamse haven. Deze sec tie wordt meestal aangeduid met de naam die wij plegen te bezigen voor dat lichaams deel van de mens dat daar begint waar de rug van naam verandert. Nijvere handen en goed gereedschap bij Gusto Slikkerveer gaven vorm aan dit voor name deel van de Humber. Op een wagen ging de sectie naar buiten; vervolgens in de kraan naar de wal. Een drijvende bok kwam te hulp om hem op een bak te plaatsen. En toen begon de eerste „zeereis" van 75.000 kg Humber op weg naar de helling van Gusto Schiedam. Daar werd eerst even de grote S.B.M.-boei voor Porto Torres op Sardinië geladen aan boord van de catamaranboot Gloria Side- rum. Daarna beëindigde de bok de eerste reis van de Humber-sectie en zette deze op de juiste plaats achter aan de in aan bouw zijnde sleepzuiger. De Humber zal tegen het einde van dit jaar te water gaan. 101

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Zeskant | 1970 | | pagina 9