I.H.C. HOLLAND OP BEURSPLEIN 5 Wie 's avonds achter in zijn krantje kijkt vindt daar een uitge breide serie tabellen: de beurskoersen. Veel mensen kijken er nooit naar, anderen doen het ietwat nerveus. Maar hoe langer hoe meer mensen hebben tegenwoordig een aandeeltje of een obliga tie. Die hebben ze gekocht omdat ze denken zo wat meer geld van hun spaarcentjes te maken dan wanneer het maar rustig op het spaarbankboekje staat. Die mensen kunnen best weieens gelijk hebben. Misschien hebben ze zelfs wel een aandeel in hun eigen bedrijf, in I.H.C. Holland. Het is spannend elke avond weer even te kijken hoeveel zo'n aandeeltje waard is. Daarom dit verhaaltje. Wie het leest zal wat beter begrijpen hoe het op de beurs toegaat. Zo'n beurs is onmisbaar. Via die beurs kunnen de overheid en het bedrijfsleven aan geld komen, aan kapitaal, dat nodig is om nieuwe wooncomplexen, fabrieken, laboratoria e.d. te kunnen betalen (financieren). Aandelen en obligaties Op de beurs wordt gehandeld in aandelen en obligaties; dit zijn „effecten". Een aandeel is een bewijs van deelneming in het kapitaal van een naamloze vennootschap. Een obligatie is een schuldbekentenis voor geleend geld. Verdere verschillen: op een obligatie krijgt de belegger (meestal) vaste rente, die op een vaste dag wordt uitgekeerd, aandelen geven recht op dividend. Tenminste, als de onderneming winst heeft gemaakt. De „aan deelhouder" heeft stemrecht in zijn onderneming, de obligatie houder niet. Op de beurs worden ongeveer 2200 verschillende effecten ver handeld en genoteerd. Men noemt dit „fondsen". Om de handel zo snel mogelijk te doen geschieden, heeft het beursbestuur de vloer van de beurshal verdeeld in 82 vakken, die ter beurze „hoeken" heten. Alle genoteerde fondsen hebben hun vaste plaats van verhandeling, hun vaste hoek. Commissionairs en hoeklieden Commissionairs of banken, die aan- of verkooporders van cliënten moeten uitvoeren, kunnen gebruik maken van de diensten van medeleden van de „Vereeniging voor den Effectenhandel", die zich gespecialiseerd hebben in bepaalde fondsen of fondsen- groepen. Deze specialisten heten „hoeklieden". In sommige fondsen moeten elke dag zeer veel door cliënten op gegeven opdrachten tot aan- of verkoop worden uitgevoerd: de zogenaamde actieve fondsen. Voorbeelden hiervan zijn: Philips, Hoogovens, Holland Amerika Lijn, Heineken Bier. Deze handel vindt plaats in de „open hoek" waar luidkeels de bied- en laat- prijs bekend wordt gemaakt. Deze bieder roept zijn hoogste bied prijs, de verkoper zijn uiterste vraagprijs. Op deze wijze tasten kopers en verkopers de markt af om zo voordelig mogelijk te kopen of te verkopen. Is een verkoper bereid op de hoogste bied prijs te „laten" dan roept hij „aan U" of „jeptum" en daarmede is de transactie een feit geworden. Daar bij stijgende prijzen het aanbod zal toenemen en bij dalende prijzen der effecten er meer kopers zullen opdagen heeft de handel in een open hoek een bij uitstek dynamisch karakter. Bij het uitvoeren van koop- of verkooporders in fondsen, waarin de handel een minder grote omvang heeft, de niet-actieve fond sen zal in de regel altijd de hulp van een hoekman worden inge roepen. Elke dag worden op de beurs voor miljoenen guldens aan effecten orders uitgevoerd. Dit geld is afkomstig van particuliere beleggers in binnen- en buitenland, maar ook van spaarbanken, pensioenfondsen, verze- kerings- en beleggingsmaatschappijen. Op deze wijze is bijna iedereen zij het indirekt bij de effectenbeurs betrokken.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Het Zeskant | 1970 | | pagina 6