TEWATERLATINGEN
DOOR
DE EEUWEN HEEN
CHAMPAGNE
Het te water laten van schepen gaat sinds de oudste tijden met
bepaalde plechtigheden gepaard. De aard daarvan wisselde van
eeuw tot eeuw en ook van land tot land, maar enig ceremonieel
is er altijd geweest en zolang er schepen zijn zal men hieraan
ook de hand houden. De plechtigheden, zoals men die tegen
woordig nog ziet, laten elementen zien, die op een religieuze
oorsprong van deze gebruiken wijzen.
Dat behoeft ons niet te verwonderen, want schepen worden ge
bruikt om reizen te maken en dat brengt mee, dat de zeeman
(reiziger) de beschutting der gemeenschap prijs geeft en het on
bekende tegemoet gaat. Vroeger betekende dat tevens, dat men
zich aan grote gevaren bloot ging stellen. Daarbij werd het rei
zen, in het bijzonder op zee, als een riskante bezigheid be
schouwd, want niet alleen liet men dan de vertrouwde gemeen
schap achter zich, maar men verwisselde ook nog de vaste wal
voor het heel wat minder zekere en dikwijls onstuimige water.
Thans zijn deze omstandigheden veranderd, het reizen (varen) is
niet meer een uitgesproken gevaarlijk bedrijf, men weet n.l. beter
dan voorheen welke natuurkrachten de mens op zee bedreigen,
zodat deze risiko's thans beter kunnen worden opgevangen.
De grondslag voor de plechtigheden bij het te water laten van
een schip vindt tot heden zijn oorsprong in de majesteit en my
stiek van de zee, die de kleine en nietige mens steeds ontzag
heeft ingeboezemd, wanneer hij als bevreesd toeschouwer zijn
schepen veilig trachtte te stellen door het brengen van offers aan
de zeegoden en het voorts doen afschrikken van de zeeduivels
(demonen).
Chinezen
Uit oude overleveringen kan men opmaken, dat duizenden jaren
voor onze jaartelling de Chinezen bij het te water laten van sche
pen wierook brandden, vuurpijlen afschoten en trommels roffel
den met het tweeledige doel de God van de Zee eerbied te be
tuigen en door het produceren van veel lawaai de zeedemonen
WIJWATER
NIJLWATER
op doeltreffende wijze te verjagen. De gehele plechtigheid werd
opgeluisterd met een grote verscheidenheid van bloemen, ge
kleurde doeken en vaandels.
Japan
De Japanse scheepsbouwindustrie heeft in de 19e eeuw, toen
het bouwen van ijzeren schepen in dit land een aanvang nam, bij I
het te water laten van schepen het Chinese ceremonieel groten-
deels overgenomen. Dit werd dan nog vooraf gegaan door een
godsdienstig ritueel volgens het Shinto-geloof, mede ter verkrij
ging van "zegen en voorspoed" van de voorouders, die tijdens
hun leven het zeemansberoep hadden uitgeoefend.
Tijdens het van de helling lopen van het schip worden voorts
duiven vanaf het voorschip losgelaten, die een vredesboodschap I
naar alle windstreken brengen, als symbool van de goede wil
Het geheel wordt gezien als een voorbode van de vreedzame
handelsbedoelingen van het zojuist te water gelaten schip in de
vaart op de wereldzeeën.
Rondom de Middellandse Zee werden bij de Phoeniciërs (zee
vaarders der oudheid) bij het te water laten van schepen men
senoffers (slaven) gebracht. Dit gebruik veranderde in de loop
der tijden in het brengen van dierenoffers.
Bij de Grieken en Romeinen is hieromtrent weinig bekend. In het
algemeen haalde men bij deze volken na elke reis de schepen
112